Moeizame evacuatie Oekraïens stadje in vuurlinie

Zeker duizend inwoners zijn de afgelopen dagen geëvacueerd uit het Oost-Oekraïense Debaltseve. Dat heeft premier Arsenij Jatsenjoek zaterdag gezegd. Om het stadje, dat in handen van het regeringsleger is, wordt hevig gevochten.

De inwoners van Debaltseve zijn al een dag of tien verstoken van stroom, water en gas. Bijna elke straat in het stadscentrum telt wel een inslagkrater van het geschut van het leger en de pro-Russische separatisten die elkaar onophoudelijk bestoken.

Volgens het hoofd van politie van de regio Donetsk zijn er twaalf burgers door artillerievuur omgekomen. Hij liet in het midden over welke tijdsperiode hij sprak.

''Zes bussen pendelen vanuit Debaltseve en ze komen voortdurend onder vuur'', zei Jatsenjoek. ''Zo gauw de rebellen zien dat we mensen evacueren openen ze het vuur.''

Nu de autoriteiten niet in evacuatiematerieel lijken te kunnen voorzien springen hulporganisaties in de bres. Hulpverleners rijden af en aan met busjes en auto's.

Na een periode van betrekkelijke rust laaide het geweld in Oost-Oekraïne begin januari weer op. Vooral rond Debaltseve is de strijd fel. Het plaatsje is een belangrijk knooppunt voor weg- en treinverkeer tussen Donetsk en Loehansk, de twee belangrijkste bolwerken van de opstandelingen.