Stokslagen voor homo's en overspeligen in Atjeh

Voor overspel of seks met hetzelfde geslacht kan in de Indonesische provincie Atjeh een straf tot honderd stokslagen worden uitgedeeld. De conservatieve islamitische provincie heeft zaterdagochtend een wet met die strekking aangenomen. Mensenrechtengroeperingen wijzen erop dat deze wet in strijd is met internationale verdragen die minderheden en vrouwen moeten beschermen.

De maatregel werd na urenlang debat van het regionale 69-koppige parlement aangenomen, terwijl over enkele dagen een nieuw 81-koppig parlement het bestuur overneemt. De centrale Indonesische overheid is opgeroepen de wet aan te vechten bij het constitutionele hof.

Op anale seks komen honderd stokslagen te staan. Hetzelfde geldt voor vrouwen die lichaamsdelen voor seksueel genot tegen elkaar wrijven. Enkele wetten zijn enigszins afgezwakt. Zo staat er vanwege bezwaren van de centrale overheid geen steniging tot de dood meer op overspel.

Andere seksuele handelingen worden niet genoemd, wat de vraag oproept of die als acceptabel worden gezien of dat er niet goed over de wet is nagedacht. De wet, gebaseerd op shariaregelgeving, geldt ook voor niet-moslims, die een procent van de bevolking van Atjeh uitmaken.

De centrale overheid kan een provinciale wet niet afschieten, maar kan Atjeh wel vragen de wet nog eens te overwegen. Vrijdag stemde Indonesië nog als enige land in zuidoost-Azië tegen een resolutie van de mensenrechtenraad van de Verenigde Naties die geweld en discriminatie op basis van seksuele oriëntatie of geslacht moet tegengaan. De resolutatie haalde echter genoeg stemmen om te worden aangenomen.

In Atjeh wonen meer toegewijde moslims dan in de rest van Indonesië, maar het is niet duidelijk hoeveel steun er is voor de nieuwe wet. Mensen die worden veroordeeld voor overspel, gokken of het nuttigen van alcohol kunnen in Atjeh al stokslagen krijgen. Dat geldt ook voor vrouwen die te strakke kleding dragen en mensen die het vrijdaggebed overslaan.

Om een oorlog met separatisten te beëindigen kreeg Atjeh in 2006 het recht om shariaregelgeving in te voeren. Inmiddels is een religieuze politie en een religieus gerechtssysteem opgetuigd.