Asterix-tekenaar is geen gestoorde dwaas

Asterix-bedenker Albert Uderzo is geen verwarde geest. De rechtbank in Versailles besliste dat de 87-jarige tekenaar van de wereldberoemde strip over de moedige Armoricaanse Galliërs over al zijn faculteiten beschikt. Dat schrijft de Franse krant Le Monde vrijdag. Jarenlang werd hij door zijn dochter Sylvie voor gek versleten.

Vader en dochter besloten deze dag ook aan te grijpen om wereldkundig te maken dat ze de strijdbijl hebben begraven. Na een jarenlange juridische strijd om onder meer de auteursrechten van de strip beloofden ze in een persverklaring dat de ruzies definitief tot het verleden behoorden. Daarmee werden ook alle lopende rechtszaken afgeblazen.

Sylvie heeft sinds 2007 geprobeerd om haar beide ouders zwakzinnig te laten verklaren. Zo hoopte ze een groot deel van de opbrengsten van de populaire strip op te kunnen eisen.

Asterix werd voor het eerst, in 1959, uitgebracht in delen in het stripblad Pilote. Het eerste album, Astérix le Gaulois, verscheen in 1961. De stripreeks over een dorp vol Galliërs dat, met een ketel toverdrank, moedig weerstand bood aan de Romeinse overweldigers groeide uit tot een van de populairste ter wereld en werd vertaald in 111 talen. Meerdere albums werden door de jaren heen verfilmd, zowel als tekenfilms of als liveactionfilms.

Uderzo verzorgde de tekeningen, René Goscinny de scenario's. Na diens dood in 1977 nam Uderzo in zijn eentje de honneurs waar. Zijn laatste album, Het Geheime Wapen, verscheen in 2005. vier jaar later verscheen De Verjaardag van Asterix en Obelix: Het Gulden Boek, een hommage van andere tekenaars aan Goscinny, Uderzo en hun Gallische personages.

Dat Uderzo de rechten dan toch definitief aan zijn dochter had overgedragen bleek in 2013 met Asterix bij de Picten. Daar werden de lezers voorgesteld aan de nieuwe scenarist en tekenaar, Jean-Yves Ferri en Didier Conrad.