Politie Peking zoekt Oeigoeren na aanslag

De politie van Peking heeft dinsdag het publiek om informatie gevraagd over twee Oeigoeren in verband met het inrijden op een menigte in de zogeheten Verboden Stad. Het heeft er alle schijn van dat het voorval, waarbij maandag vijf mensen om het leven kwamen en 38 gewond raakten, geen ongeluk was.

Het zwaarbewaakte gebied geldt als een van de politiek gevoeligste plekken in China. De politie heeft tot dusver in het openbaar niets losgelaten over het mogelijke motief voor het incident. Zo is het nog onduidelijk of de twee verdachten behoorden tot de drie inzittenden van het voertuig die om het leven kwamen. Bij de aanrijding kwamen ook twee toeristen om.

Het heeft er alle schijn van dat de bestuurder van de auto niet per ongeluk in het voetgangersgebied terechtkwam. De auto reed op een kruising de stoep op en legde vervolgens nog vierhonderd meter af voordat hij tegen een vangrail bij de Poort van de Hemelse Vrede tot stilstand kwam en in brand vloog. Onderweg ontweek de bestuurder bomen, stoplichten en een controlepost van de autoriteiten

De 38 gewonden vielen onder de mensen die voor de poort stonden, waar een groot portret van Mao Zedong hangt bij de zuidelijke toegang tot het voormalige paleis van de keizer.

Zhao Fuzhou, een beveiligingsmedewerker van het Xinjiang Dasha hotel in Peking, zei dat de politie navraag deed naar twee verdachten met Oeigoerse namen. Een van hen, Yusupu Wumaierniyazi, was afkomstig uit een stad in Xinjiang waar op 26 juni bij een aanval 24 politieagenten en burgers en dertien extremisten om het leven waren gekomen.

In de westelijke Chinese provincie Xinjiang wonen Oeigoeren, Turks sprekende moslims, die zich onderdrukt voelen door Han-Chinezen. Radicalen onder hen voeren al jaren strijd tegen de Chinese overheersing, maar het aantal gewelddadige incidenten is deze zomer scherp toegenomen. De Chinese veiligheidsdiensten lieten weten beducht te zijn voor meer aanslagen buiten Xinjiang.