Oranje exact kwart eeuw geleden baas in Europa

Het Nederlands voetbalelftal beleefde precies 25 jaar geleden zijn grootste succes tot nu toe. Op zaterdagmiddag 25 juni 1988 werd door een 2-0 zege in de finale tegen de Sovjet-Unie de Europese titel in de wacht gesleept. Het is nog altijd de enige hoofdprijs die Oranje ooit pakte.

De aftrap van de finale in het Olympiastadion in München vond plaats om 15.30 uur. Een rake kopbal van Ruud Gullit in de eerste helft en een weergaloze volley van Marco van Basten kort na rust bezorgden Nederland de titel. Hans van Breukelen droeg zijn steentje bij door een penalty van Igor Belanov te keren.

Vier dagen voor de gewonnen finale speelde Oranje een wedstrijd die bij veel Nederlanders nog beter in het geheugen staat gegrift. Door een late goal van Van Basten ging gastland West-Duitsland in de halve finale met 2-1 voor de bijl. Daarmee werd afgerekend met een 'nationaal trauma' dat Nederland aan de verloren WK-finale van 1974 had overgehouden.

Bondscoach Rinus Michels moest zijn team aanvankelijk nog oplappen nadat de openingswedstrijd tegen de Sovjet-Unie met 1-0 was verloren. Een 3-1 zege op Engeland en een gelukkige kopbal van Wim Kieft tegen Ierland (1-0) bleken uiteindelijk net voldoende voor een plaats in de halve finale.

Na de gewonnen finale barstte in Nederland een spontaan volksfeest los. Op 26 juni, een dag na de zege op de Russen, kwam de selectie onder massale belangstelling aan op het vliegveld van Eindhoven. Vervolgens werd per bus koers gezet naar Amsterdam voor een rondvaart door de grachten. Daarbij werden de spelers door meer dan een miljoen mensen toegejuicht.