Koopkracht verder achteruit in eurozone

Inwoners van de zeventien eurolanden hebben hun reële inkomen in het vierde kwartaal van vorig jaar met 1,1 procent zien dalen. Een kwartaal eerder was de daling van de koopkracht nog 0,4 procent. Dat maakten het Europees statistiekbureau Eurostat en de Europese Centrale Bank maandag bekend.

De daling was het gevolg van een gemiddeld 0,6 procent lager inkomen en 0,5 procent hogere prijzen. Huishoudens consumeerden in het derde kwartaal een half procent per hoofd van de bevolking minder.

In de eurozone spaarden huishoudens in het vierde kwartaal 12,2 procent van hun inkomen. Een kwartaal eerder was dat nog 12,8 procent. De investeringen van huishoudens, vooral gestoken in aankoop en renovatie van huizen, bleef nagenoeg gelijk op 8,9 procent van het inkomen. Eurostat spreekt van een laag investeringsniveau.