Betere BMI-formule ontwikkeld

Een wiskundige van de universiteit van Oxford verbeterde de formule om de zogenaamde Body Mass Index (BMI) te berekenen. Volgens hem is de traditionele formule niet accuraat genoeg om verantwoord te gebruiken.

Volgens Nick Trefethen houdt de formule die nu gebruikt wordt niet genoeg rekening met het verschil in lichaamstype tussen lange en korte mensen. Lange mensen zijn volgens hem van nature gespierder en daarom zwaarder, maar dat is geen ongezond gewicht.

Dat betekent wel dat de formule iets ingewikkelder wordt. Kon je vroeger relatief eenvoudig je BMI berekenen door je gewicht in kilogram te delen door het kwadraat van je lengte in meter, nu zul je eerst je gewicht met 1,3 moeten vermenigvuldigen, en je lengte moet niet langer tot de tweede, maar tot de tweeënhalfde macht.

Trefethen benadrukt dat de ontwikkeling van de nieuwe formule geen nutteloze vingeroefening is. Doktoren gebruiken de BMI dikwijls om vast te stellen of een patiënt gevaar loopt op bepaalde aandoeningen die (mede) veroorzaakt worden overgewicht en ondervoeding. Een BMI tussen 20 en 25 wordt als gezond beschouwd. Daaronder is de patiënt te licht, tussen 25 en 30 heeft men overgewicht, en mensen met een BMI boven 30 zijn obees.

Als een echte wetenschapper weigert hij echter z'n formule erdoor te drukken. Hij vindt dat de NHS [de Engelse gezondheidsdienst, red] moet verantwoorden waarom ze de oude formule gebruiken, en dat zijn formule slechts aangenomen moet worden als die accurater wordt bevonden.

Overigens is de BMI geen absoluut instrument, maar geeft het slechts een indicatie van de gezondheid van het gewicht. Grote hoeveelheden spiermassa, die dichter en dus zwaarder zijn dan vet, kunnen de uitslag vervormen. Criticasters wijzen er dan ook veelvuldig op dat bijvoorbeeld sporters die topfit zijn volgens hun BMI overgewicht zouden hebben.

Voor luie FOK!kers die toch gezond willen blijven heeft uw nederige verslaggever
vast wat werk gedaan.