CDA en D66 willen Institut Néerlandais behouden

CDA en D66 vinden dat het Institut Néerlandais in Parijs voorlopig niet mag worden gesloten, zoals het ministerie van Buitenlandse Zaken van plan is. Beide partijen vinden dat een besluit daarover op zijn minst moet worden uitgesteld tot na de verkiezingen.

"Dit demissionaire kabinet besluit met een parlement op reces om een van onze belangrijkste culturele instituten te sluiten," stelt fractieleider Alexander Pechtold (D66). "Dat is zeer opmerkelijk." Hij vraagt aan het kabinet om dit besluit weer in te trekken en aan een nieuw kabinet over te laten. Wat hem betreft blijft het instituut bij de Seine gewoon open.

Dat vindt ook het CDA, dat eveneens Kamervragen heeft gesteld aan minster van Buitenlandse Zaken Uri Rosenthal (VVD). De Kamerleden Marieke van der Werf en Henk Jan Ormel vinden dat met de sluiting niet alleen een belangrijk wetenschappelijk en cultureel bureau in Frankrijk verloren gaat, maar ook belangrijk cultureel erfgoed.

Het instituut werd in 1957 opgericht om de culturele banden met Frankrijk aan te halen. Het is de grootste culturele post van Nederland in het buitenland. Er werken ongeveer 25 mensen. Institut Néerlandais organiseert onder andere exposities, theatervoorstellingen, lezingen, concerten en filmvertoningen. Pechtold wijst erop dat het instituut een grote reputatie geniet.

"Het instituut is al decennia van grote meerwaarde voor de Nederlandse culturele diplomatie. Minister Rosenthal kan niet even op vrijdagmiddag een einde maken aan deze erfenis", aldus Pechtold.