Kamer verdeeld over opstelling Shell in Syrië

Shell stopt pas met zijn activiteiten in Syrië als de Europese Unie sancties tegen het land afkondigt. Dat zei baas van Shell Nederland Dick Benschop dinsdag in een gesprek met de Tweede Kamer. Begrijpelijk, zegt CDA-Kamerlid Henk Jan Ormel. Joël Voordwind (ChristenUnie) vindt het teleurstellend dat het bedrijf geen eigen morele afweging maakt.

In Syrië worden protesten tegen het regime van president Bashir Assad al maanden op bloederige wijze neergeslagen. Daarbij zijn duizenden mensen omgekomen.

Op ambtelijk niveau wordt momenteel overleg gevoerd over een EU-boycot. Ormel hoopt dat een politiek besluit hierover snel valt. Tot dat moment begrijpt hij goed dat Shell zich niet terugtrekt.

"Benschop heeft uitgelegd dat de drieduizend medewerkers van Shell gevaar lopen als het bedrijf zich plotseling terugtrekt", zei Ormel na het besloten gesprek. "We moeten niet de bedrijven sanctioneren, maar het regime van Assad. Het primaat hoort bij de politiek te liggen, niet bij het bedrijfsleven."

Voordewind is teleurgesteld over de opstelling van Shell. Hij begrijpt niet dat het bedrijf niet zelf besluit om weg te gaan uit het land. "Shell zou alleen Syrië verlaten als eigen mensen in gevaar komen. Niet nu er massaal mensen worden vermoord", twittert hij na afloop van het gesprek.