Bijna 0,2 procent Nederlanders is dakloos

Zeventien op de tienduizend Nederlanders slapen op straat, in openbare gebouwen, in de laagdrempelige opvang of bij familie of vrienden. Begin vorig jaar telde Nederland ruim 17.500 daklozen in de leeftijd van 18 tot 65 jaar, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) donderdag.

Daklozen in Nederland zijn vaak ongehuwde mannen van 30 tot 50 jaar. Twee op de tien daklozen zijn vrouw. Niet-westerse allochtonen zijn onder daklozen fors oververtegenwoordigd. Van de daklozen is 36 procent een niet-westerse allochtoon. Van de totale bevolking is 11 procent allochtoon.

Een op de drie daklozen verblijft in Amsterdam, Utrecht, Den Haag of Rotterdam. Onder de daklozen die in de vier grote steden verblijven, zitten relatief meer ouderen en niet-westerse allochtonen.

Van de vrouwelijke daklozen zijn er relatief veel tussen de 18 en 30 jaar, 30 procent in totaal. Bij de mannen zit 20 procent in deze leeftijdsgroep. Vrouwelijke daklozen zijn minder vaak van niet-westerse allochtone herkomst. Met een kwart was het aandeel niet-westerse allochtonen ook onder hen wel aanmerkelijk hoger dan bij de totale bevolking, aldus het CBS.

Momenteel worden in diverse steden vanwege de kou extra bedden neergezet in opvangcentra. In meerdere steden wordt geprobeerd zo veel mogelijk daklozen ertoe te bewegen de nacht niet buiten door te brengen.