Donner ziet Polen weer vertrekken

Polen en andere Oost-Europeanen zullen zich niet permanent in Nederland vestigen. De meesten gaan vroeg of laat terug naar hun land van herkomst. Dat verwacht althans minister van Binnenlandse Zaken Piet Hein Donner (CDA), zei hij dinsdag in de Tweede Kamer.

Donner denkt niet dat de geschiedenis van de gastarbeiders uit Marokko en Turkije zich zal herhalen, antwoordde hij op een vraag van GroenLinks-Kamerlid Tofik Dibi. "Er zal altijd een percentage zijn dat hier blijft, maar het overgrote merendeel zal weer weggaan", zei Donner.

Donner wees op de mensen van Poolse afkomst die nog altijd in Limburg wonen. Zij kwamen ooit in de mijnen werken, en zijn wel gebleven. Het grote verschil is dat zij hun opgebouwde rechten, bijvoorbeeld op pensioengebied, niet konden meenemen naar huis. De Oost-Europese arbeidsmigranten van nu kunnen dat wel, zei Donner.

De Tweede Kamer sprak met Donner naar aanleiding van een noodkreet van de Haagse wethouder Marnix Norder (PvdA). Die uitte maandag zijn zorgen over de 'tsunami' van Oost-Europese immigranten die zijn stand overspoelt. Norder zei dat Oost-Europeanen veelal juist niet teruggaan, zelfs niet als ze in Nederland werkloos of zelfs dakloos zijn geraakt.

Donner zei zich te hebben verbaasd over de uitspraken van Norder. Hij zei geregeld met gemeentebesturen te overleggen over de problemen rond Oost-Europeanen, en in dat kader niets van Norder te hebben gehoord.