'Kindersterfte in Afrika gestegen'

De kindersterfte in zes landen beneden de Sahara is de laatste twintig jaar gestegen. Dat staat in een dinsdag gepubliceerd rapport over de Millenniumdoelstellingen van de Verenigde Naties. In het rapport staat tevens dat tien Afrikaanse landen het armoedecijfer in twintig jaar hebben weten te halveren.

De landen waar de kindersterfte steeg zijn Kameroen, de Centraal Afrikaanse Republiek, Tsjaad, Congo, Kenia en Zambia. Het Afrika beneden de Sahara is de enige regio in de wereld waar een toename van de sterfte van kinderen onder 5 jaar werd waargenomen.

Van de 36 landen waar de kindersterfte hoger ligt dan honderd doden op duizend geborenen, liggen er 34 in Afrika beneden de Sahara. De andere twee landen zijn Afghanistan en Birma.

Tien Afrikaanse landen wisten sinds 1990 hun armoedecijfer te halveren. Onder deze landen zijn ook relatief dichtbevolkte landen als Ethiopië en Egypte en gebieden waar oorlog heeft gewoed, zoals Angola. In Nigeria en Zimbabwe is het aantal mensen dat in armoede leeft echter gestegen.

Volgens het rapport is de belangrijkste boodschap met betrekking tot de Millenniumdoelstellingen dat vooruitgang mogelijk is. Voorwaarden die een land helpen bij vooruitgang zijn een open handelsbeleid, openstaan voor technologie, een consistent leiderschap dat er op is gericht om armoede te verminderen en hervormingen die de publieke sector verantwoordelijk maken.

De Millenniumdoelstellingen, die in 1990 door 189 wereldleiders werden aangenomen, zijn een aantal afspraken over onder andere het halveren van de armoede, het verzekeren van basisonderwijs voor alle kinderen, het aanpakken van het hiv/aids-probleem en het halveren van het aantal mensen dat geen toegang heeft tot schoon water en basis hygiëne.