Kamer buigt zich over geld Noord-Zuidlijn

De Tweede Kamer houdt vandaag een spoeddebat over de Noord-Zuidlijn, nog voordat de gemeenteraad van Amsterdam zich buigt over het debacle rond deze metroverbinding.

CDA en PVV zwengelden de discussie aan. De meeste fracties vinden dat Amsterdam als eerste aan zet is, na de keiharde kritiek van een onderzoekscommissie van de Amsterdamse raad. Het Rijk heeft in 2020 1,1 miljard euro toegezegd aan de hoofdstad om de aanleg van de lijn te bekostigen. Daarvan is meer dan de helft overgemaakt. CDA-woordvoerder Ger Koopmans wil zeker weten dat het resterende bedrag goed terechtkomt. Hij zet daar vraagtekens bij na de harde kritiek op bijvoorbeeld de administratieve chaos die de raadscommissie aantrof bij de projectorganisatie van de Noord-Zuidlijn.

De kosten van de metrolijn zijn intussen opgelopen van oorspronkelijk 1,4 miljard euro naar meer dan 3 miljard euro. De tweede regeringspartij PvdA sluit een extra rijksbijdrage niet uit. Het Rijk kan niet de andere kant opkijken als er problemen zijn bij een lokaal project van nationaal belang, aldus Lia Roefs (PvdA). CDA, VVD en SP voelen daar niets voor. De grootste oppositiepartij SP pleit er juist voor om serieus te kijken naar een alternatieve, goedkopere bovengrondse verbinding voor de zuidelijke tak tussen Amsterdam Centraal en Station Zuid.