Ongeloof bij moslims VS over schietpartij

De dag na het bloedbad op de militaire basis Fort Hood is alles anders in het Moslim Gemeenschapscentrum in Silver Spring. In deze stad, een half uur rijden van Washington, ging de 39-jarige schutter Nidal Malik Hasan jarenlang naar de moskee.

Nu staan er televisiecamera's voor de deur, heeft de imam geen tijd om te eten en beantwoordt de telefoniste het ene telefoontje na het andere. Iedereen wil meer weten over de man die zeven dagen per week ging bidden, soms in militair uniform, en nu verantwoordelijk is voor een van de dodelijkste schietpartijen op een militaire basis.

"We zijn geschokt", zegt de telefoniste tussen de bedrijven door. Ze omschrijft majoor Hasan als rustig en verlegen, altijd bereid te helpen en z'n portemonnee te trekken als een persoon in geldnood zat. Nooit te beroerd iemand op te halen of weg te brengen met z'n auto. Hij was niet spraakzaam, maar wel aardig. "Op weg naar het gebed groette hij mij steevast met : Salam Aleikum, vrede zij met u."

De schietpartij maakt een oude wond open van de periode na de aanslagen van 11 september 2001 toen de relatie van de moslimgemeenschap met Amerika onder druk kwam te staan. De angst dat er te snel conclusies worden getrokken, namelijk dat zijn daad zou zijn ingegeven door religieuze motieven, is duidelijk voelbaar.

"Mensen graven, zoeken naar een link met terrorisme", analyseert de telefoniste. "Maar ze zullen niets vinden." Ze meent zeker te weten dat de schutter gewoon is geflipt, een psychiater die duidelijk zelf hulp nodig had. "Wij bouwen hier op, maken niets kapot", vertelt ze trots over de moskee waar gemiddeld zo'n duizend mensen naar het vrijdaggebed komen.

Imam Mohamed Abdullahi onderstreept in zijn vrijdaggebed dat de koran het doden van onschuldige mensen in duidelijke taal afwijst. Een enkele moord staat volgens de koran gelijk aan de moord op een hele beschaving, zegt de geestelijk leider. Pas toen hij de foto van de majoor op televisie zag, kon hij het vreselijke nieuws geloven. Hij is ervan overtuigd dat de schietpartij de daad was van een enkeling, maakt hij na afloop van het middaggebed in een gesprek duidelijk.

Hij waarschuwt voor generalisaties, voor het gijzelen van een hele godsdienst door alle moslims te veroordelen. "Als ik een slechte vader ben, betekent dat niet dat alle vaders niet deugen." Hij benadrukt het belang van goede communicatie en merkt op dat de rol van de media en de wereldleiders niet te onderschatten is. De media moeten informeren, de wereldleiders moeten voor hun mensen zorgen.

De telefoniste van de moskee denkt dat het nog wel even zal duren voordat alles weer bij het oude is. "We zullen er veel over praten en zoeken naar een verklaring die we nu niet hebben."