[WK] 'Spartacus' schittert in onemanshow

Und das ist drei. Fabian Cancellara is vandaag voor de derde maal wereldkampioen tijdrijden bij de elite geworden. Hij haspelde de chrono van 49,8 kilometer véél sneller af dan Gustav Erik Larsson (zilver op 1:27) en Tony Martin (derde op 2:30).

Vēnī, vīdī, vīcī. Deze uitspraak van de Romeinse keizer Julius Caesar is sinds kort de lijfspreuk van Cancellara. De Zwitser liet speciaal voor het WK in zijn thuisland zijn tijdritfiets opfleuren met een beeltenis van Spartacus, de bijnaam van Cancellara in het peloton, en eerdergenoemde Latijnse spreuk. Althans, dat was de bedoeling, want bij de uitvoering ging het mis. In plaats van veni staat er nu vini te lezen. Het weerhield Cancellara er echter niet van om de spreuk van de oude keizer opnieuw gestalte te geven en keihard uit te pakken in de 49,8 kilometer lange tijdrit.

De Beer van Bern maakte er in Mendrisio een echte onemanshow van. De Zwitserse krachtpatser imponeerde door een ijzersterke vorm, waarmee hij de concurrentie letterlijk tot figuranten degradeerde. Illustratief daarvoor was het passeren van de vice-olympisch kampioen Larsson na iets meer dan één volledige ronde. Maar dat was niet de enige favoriet die aan de dadendrang van Cancellara moest geloven, ook Bradley Wiggins (nipt voor het einde van de tweede doorkomst) en Sébastien Rosseler werden onderweg door de ontketende Helveet opgeraapt.

Van een spannende titelstrijd was toen al geen sprake meer, van een Zwitserse triomftocht des te meer. Halverwege de race van Cancellara was dan ook al duidelijk dat er vandaag geen maat stond op Spartacus. Hij noteerde na negen kilometer al een voorsprong van achttien tellen op de Duitser Martin (op dat moment de nummer twee), waarna hij deze voorsprong snel uitbreidde. Het leverde hem aan de finish, waar hij 57:55 klokte, een voorsprong van bijna anderhalve minuut op Larsson op. Die voorsprong had nog aanzienlijker kunnen zijn, ware het niet dat Cancellara zich op het eind liet uitbollen, om zo het applaus van het thuispubliek in ontvangst te nemen. Daarmee tekende de Zwitser niet enkel voor zijn derde wereldtitel in de discipline tegen de klok, maar ook voor het snelste WK tijdrijden in de geschiedenis: hij haspelde de chrono af met een gemiddelde van 51,58 kilometer per uur.

Ruim voordat Cancellara aan zijn huzarenstukje begon, werd de mondiale titelstrijd tegen het uurwerk geopend door Tom Zirbel. De Amerikaan van het Bissell Pro Cycling Team zette namelijk de eerste richttijd neer. Hij klokte aan de finish 1:00:42. Een scherpe tijd, zo zou in het vervolg blijken. De eerste serieuze aanval op deze toptijd kwam van Koos Moerenhout. De 35-jarige Nederlander schurkte gedurende zijn race, waarin hij onder meer Juan Jose Cobo opraapte, lange tijd tegen de tijd van Zirbel aan. Op de meet was hij echter 24 tellen langzamer dan de Amerikaan. Uiteindelijk zou Moerenhout als zevende en beste Nederlander eindigen (op 3.11).

Ook de coureurs uit het vierde startblok, met de Italiaanse tijdritkampioen Marco Pinotti als voornaamste uitdager, beten hun tanden stuk voor stuk kapot op de tijd van Zirbel. Pas toen de kanonnen uit het laatste blok van het startpodium werden geschoten, kwam de tijd van de Amerikaan écht in zicht. Een spannende titelstrijd leek in het verschiet te liggen, maar dat was zonder Cancellara gerekend.

Uitslag WK tijdrijden elite: