OPTA: kabelaars moeten netwerk openstellen

UPC en Ziggo moeten andere kabelbedrijven toelaten op hun netwerken. Dat heeft telecomautoriteit OPTA gisteravond besloten. De twee kabelaars hebben nu samen ruim tachtig procent van de markt in handen. Met het opleggen van de verplichting concurrenten toe te laten wil de OPTA de prijzen voor kabeltelevisie verlagen.

Andere kabelaanbieders moeten vanaf begin volgend jaar zowel digitale als analoge televisie via de netwerken van de kabelgiganten kunnen aanbieden. Dat moet niet alleen de tarieven onder druk zetten, ook moeten de consumenten meer te kiezen hebben.

De OPTA gaat over tot de maatregel na een analyse van de Nederlandse markt. Ondanks de opkomst van alternatieve manieren om televisie te kunnen kijken, zoals Digitenne van KPN, satelliettelevisie en ip-televisie via internet zijn UPC en Ziggo onverminderd sterk. Zonder ingrijpen komt daar ook geen verandering in, concludeert de telecomwaakhond.

Verder besloot de OPTA KPN juist niet toe te laten tot de kabelmarkt. In de toekomst kunnen consumenten volgens de OPTA kiezen uit de kabelbedrijven enerzijds of uit diensten van KPN anderzijds. Om KPN en de kabelaars te prikkelen met elkaar te concurreren mogen zij voorlopig niet op elkaars netwerken. Ziggo en UPC mogen dus ook geen telefoniediensten aanbieden via het netwerk van KPN.

De betrokkenen hebben tot 29 september om eventuele bezwaren kenbaar te maken. Daarna worden de plannen van de OPTA voorgelegd aan de Europese Commissie die er nog mee moet instemmen. Het streven is om de regels op 1 januari in te laten gaan.