VO en EU

Laurens (Gramps)

Overeenkomst tussen die twee instituten? Allebei fubar. Kenners zullen het vast wel met me eens zijn, maar veel nuance hebben jullie tot dusverre niet kunnen bespeuren. Ja zeg, in drie korte zinnetjes? Ik kan best wel wat, maar voor nuancering heb ik toch wat meer ruimte nodig. Hieronder dus.

Als je op een ROC werkt en je mag op gezette tijden mee de hei op, dan ben je iemand. Het doet er eigenlijk weinig toe wat er op die hei wordt bekokstoofd, mee mogen, dat telt. Ik zie toch echt parallellen met de EU en de conferenties die daar geregeld worden gehouden. Veel pers, heul veul grote woorden, maar de werkelijkheid blijkt altijd weerbarstiger te zijn dan verhoopt. Op school hebben we dat ook, met die blije hoofden, vers van de hei die gloedvol weten te verhalen over de geweldige tijden die aanstaande zijn in VO-land. Ze hebben namelijk een heel mooi ding uitgevonden: rond, met spaken, as in het midden, waarmee allerhande vervoersproblemen de wereld uit zijn. O wat zijn  we heden blij. Morgen natuurlijk niet meer, want dan heeft een wantrouwig sujet inmiddels zijn leptop opengeklapt en is er achter gekomen dat deze geweldige uitvinding al duizenden jaren bestaat. Hij weet zelfs de naam ervan: het wiel. Ach jammer, gauw maar weer de hei op dan. Lekker samen, lekker belangrijk.

Wij als loopvolk op school hebben die heisessies ook wel graag, want dan loopt alles opeens veel soepeler. Alsof we de beschikking hebben over wielen soms? U snapt het. Ik ben redelijk bijbelvast en lees in het boek Prediker wat Salomo drieduizend jaar geleden schreef in kapittel 1 vers 9 en 10: “Hetgeen er geweest is, hetzelve zal er zijn; en hetgeen er gedaan is, hetzelve zal er gedaan worden; zodat er niets nieuws is onder de zon. Is er enig ding, waarvan men zou kunnen zeggen: Zie dat, het is nieuw? Het is alreeds geweest in de eeuwen, die vóór ons geweest zijn.” 

Kijk, daar hoeft niets aan te worden toegevoegd. Ouwe troep een nieuw jasje aantrekken en dan luidkeels brullen dat je met iets nieuws komt, het is van alle eeuwen. Nochtans is het blijkbaar zo’n goeie truc dat hij steeds weer opnieuw ter tafel wordt gebracht. Bij de EU zit men met de sores van enorme overbesteding, en dus enorme schulden. Iedereen weet dat je die schulden alleen kunt betalen door heel lang heel zuinig te leven en alles te doen wat mogelijk is om van die schulden af te komen. Geen langdurige zuinigheid? Dan blijven de schulden. Tenzij, door veel te lang pappen en nathouden van de zijde van de bank de schuld  zo hoog is geworden dat van betaling op enige termijn geen sprake meer kan zijn. Dan neemt de bank zijn verlies, verkoopt het onroerend goed met verlies, de klant is failliet en zit nog lang met een enorme kater. Maar dat is niet anders, het een is het gevolg van het ander. Resultaat: alleen maar verliezers. Oorzaak: lichtvaardigheid, leugens en bedrog alsmede onoplettendheid. De brave deelnemers aan dit circus beginnen steeds meer tegenstand te tonen tegen het alsmaar bijlappen van de slechte deelnemers. Eenheid? Vergeet het maar. Die is er alleen als we niet in ons kostbaarste attribuut worden getroffen. Namelijk in onze portemonnee.

Om de narigheid beheersbaar te houden wil men nu naar een vreselijk slecht middel grijpen: de crisis inflatoir oplossen, dus de geldpers aanzetten. Nou, berg je maar. Nederland voorop, met onze pensioenfondsen vol met poen. Stel dat er uiteindelijk 50% van de schulden inflatoir wordt geregeld (en dat is een heel optimistische schatting), dan is onze euro ook 50% minder waard en ons pensioen gehalveerd. Dan ben je het braafste jongetje van de klas en word je ook nog het hardst gestraft. Maar dat dit gaat gebeuren is wel zeker, een ander middel lijkt er niet te zijn., Of liever: is te moeilijk, of duurt te lang. Langer in ieder geval dan de politieke levensduur van de hotemetoten.

Op school hebben we de afgelopen jaren dezelfde problemen gehad, niet met geld maar met kennis. Nadat in de jaren zestig het aloude, beproefde onderwijssysteem ten grave werd gedragen, hebben we een vloedgolf van zogenaamd nieuwe systemen voor onze kiezen gekregen. En al die systemen hadden dezelfde makke; het moest leuker, dus makkelijker. Dat noemen we kennisinflatie. Minder kennis, meer uitstroom, zogenaamd met een waardevol diploma. Alles aangejaagd door dat vervloekte criterium: de uitstroomsubsidie. Ieder uitgereikt diploma betekende poen in het laatje. Niveau? Verdiend? Cijfers? Tief nou gauw op, daar wordt over een paar jaar toch niet meer naar gevraagd. En iets beters op dit niveau is hier toch niet te krijgen. Malaise alom dus.

En size matters. Ieder zieltje is er een. Drempel? Startniveau? Al heel lang een volstrekt onbekend begrip. Klein is fijn geldt niet meer. Er wordt nooit meer gezegd dat een hoog studieniveau en dus minder deelnemers zijn eigen klantjes oplevert. Want niet sociaal, iedereen moet gelijke kansen hebben. O? Ik had altijd het idee iemand met meer geestelijke bagage of meer inzet ook meer kansen heeft. Nee, ook de grootste kruk, ook de meest waardeloze zak moet een diploma hebben. Daar zijn leraren toch voor? Om de school vol te krijgen hebben we een heel belangrijke afdeling, de PR. Voor Publicitaire Rotsmoezen. Bevolkt door paarse broeken voor wie blijkbaar alleen het resultaat telt. Nieuw logo? Ach, het kost een paar ton, maar dan heb je ook wat. Bedrijfskleuren zwart en magenta? Heel fraai gekozen, de eerste kleur voor de toekomst, de tweede voor de gelaatskleur van de betrokken docenten. Het leukst is wel dat de afdelingen van de school die het echt goed doen, helemaal niet afhankelijk blijken van PR, bedrijfslogo of wat dan ook. De bekendheid met de docenten zegt alles. Jochie, ga maar naar die school, daar geven ze goed les, de rest leren wij je wel op dit bedrijf.

Ziet u het al? Zowat alles gebeurt ook in  het groot, in Brussel. Nieuwe wijn in oude zakken (o jee, krijg ik daar geen gedonder mee? Ik bedoelde de bijbelse betekenis), veel publicitair geweld, zaken moeilijker maken dan ze zijn, zaken uitstellen, noodzakelijke maatregelen afzwakken, grootschaligheid  ten koste van alles, vriendjespolitiek, haantjesgedrag, achterkamertjesgekonkel, juridische vertragingstrucjes, noem maar op. Sinds Macchiavelli’s Il Principe is er absoluut niks ten goede veranderd, Het slechte is alleen sneller geworden. We kunnen tegenwoordig heel wat meer rottigheid in een dag proppen dan zes eeuwen geleden.

En nu komen we op het hoofdthema. Hoe ver gaat de gelijkheid? We hebben in het onderwijs deze ellende al sedert 1968, dus 43 jaar. En je kunt het draaien en keren zoals je wilt, maar van het onderwijs kom je nooit meer af. Hoe het er ook uitziet, het is er voor altijd. Afgezien van een paar stijfkoppen kiezen we niet voor thuis lesgeven, hoe goed en effectief dat ook kan zijn. Van de EU met zijn eigen munteenheid komen we ook nooit meer af. Er zijn inmiddels teveel investeringen in gedaan, en dan doet het er niet meer toe of die investeringen goed of juist heel slecht waren. De euro is nu 10 jaar oud, 33 jaar jonger dan ons moderne onderwijs. Een voorzichtige extrapolatie leert ons dat de EU met zijn euro over 33 jaar, dus in 2044 bij alle betrokkenen net zo gehaat en gepamperd zal zijn als ons onderwijs nu, in 2011. We komen er echt niet meer af, ongeacht de waarschijnlijk astronomische kosten en offers.

Dus berg je maar.