Genaaid door een paarse broek

Luc (LvanLier)

Veel lezers van deze site zijn, in tegenstelling tot de schrijver dezes, nog tamelijk jeugdig. Al dan niet met een studenten-OV-kaart op zak reizen zij per spoor door stad en land. Daarom zijn ontwikkelingen rond Onze Nationale Aanfluiting, ook wel bekend als de Nederlandse Stoorwegen, van groot belang.

Eerst maar eens wat aandacht voor de onzin die vakbondsbestuurder Roel Berghuis deze week in de Telegraaf uitkraamde. Wanneer vanuit Utrecht de Intercity van de NS te laat in Amersfoort arriveert, wacht de stoptrein van Connexxion niet op die intercity, waardoor reizigers hun aansluiting missen. En dan rijdt die Connexxion-trein de NS-trein vervolgens ook nog hinderlijk in de weg. En dus is het medegebruik van de spoorbanen door andere vervoerders dan de NS een slechte zaak. Tot zover Roel Berghuis.

Een raar verhaal. Allereerst omdat de verkeerde schuldige wordt aangewezen. Niet Connexxion is voor deze ellende verantwoordelijk. Immers, het is de NS die stelselmatig te laat in Amersfoort aan komt kakken met zijn Intercity. Dát is de bron van het beschreven ongemak, laat dat duidelijk zijn. En dat die Berghuis vervolgens Connexxion verwijt, niet te wachten op aansluitingen bij relatief geringe vertragingen, dat is natuurlijk helemaal een gotspe. Want juist de reputatie van de NS zélf is, als het gaat om het wachten op aansluitingen, nogal beroerd. En vaak kun je ook niet al te lang wachten: dat leidt weer tot vertraging en het missen van aansluitingen verderop. Dat geldt niet alleen voor Connexxion, maar ook voor de NS zelf. En voor Arriva, Syntus, noem maar op.

En wat is nu écht de reden dat het in Amersfoort zo vaak mis pleegt te gaan met het op tijd aankomen van de Intercity? Het station van Utrecht wordt verbouwd, met als gevolg dat sommige sporen niet bruikbaar zijn. En dat leidt tot vertragingen. De overbetaalde wijsneuzen die de dienstregelingen in elkaar knutselen hebben blijkbaar onvoldoende nagedacht over de uitwerking die de renovatie van het Utrechtse station heeft op de punctualiteit van de treinen van de NS. Ook dat kan Connexxion, die met zijn treinen Utrecht niet eens passeert, niet worden verweten. Kortom, die Berghuis lult maar een eind in de rondte.

Valt het probleem enigszins op te lossen? Ja. Door de verkeersleiders bij ProRail. Die kunnen zien, of de Intercity slechts een paar minuutjes vertraging heeft, zodat de Connexxion-trein nog even kan wachten, of dat de vertraging zo erg is, dat de Connexxion-trein maar gewoon op zijn tijd moet vertrekken. Kwestie van een seintje op rood of een seintje op groen. Echt, ingewikkelder is het niet.

Dus die Roel Berghuis trapt de verkeerde partij in het kruis, met zijn gelul. Daar zit natuurlijk wat achter. De arbeidsvoorwaarden bij de commerciële spoorwegmaatschappijen zijn wat minder goudgerand dan die bij de NS. Dus dienen die maatschappijen zo klein mogelijk te worden gehouden. Dat mag. Daarvoor is Roel Berghuis vakbondsbestuurder. Maar laat hij zich dan niet verschuilen achter een zogenaamd reizigersbelang.

Wat dat betreft is het een goede zaak, dat minister Schultz heeft besloten dat de NS in Limburg, Twente en de Noordelijke provincies moet gaan gedogen dat ook andere maatschappijen daar komen te rijden. Want ik ben er heilig van overtuigd, dat commerciële partijen de reiziger meer goeds te bieden hebben, dan die bureaucratische, overbetaalde, inefficiënte en incompetente NS.

Wat dat betref is het jammer, dat de minister er niet ook voor heeft gekozen, de hogesnelheidslijn tussen Amsterdam, Rotterdam, Breda en België ook door een commerciële onderneming te laten berijden. De NS heeft er heel veel jaren een bende van gemaakt. Nu nog steeds is het ze niet gelukt, de bestelde treinen aan de praat te krijgen, want die hadden ze voor een prikkie gekocht bij de Italiaanse treinenbouwer Cosa Nostra. Dus rijden ze nu met opgelapte Intercitywagons en geleende goederentreinlocomotieven met een slakkengangetje over die lijn.

Nou ja, áls ze rijden. Want de helft van de tijd staan die treinen met pech aan de kant. En staat de passagier voor lul op het perron. Met zijn dure toeslagkaartje in de hand te wachten op de trein die niet komt. En wat zegt de minister dan vol trots? Dat ze de NS een poot heeft uitgedraaid. Echt streng heeft behandeld. Want de toeslag die voor die zogenaamde hogesnelheidstrein (ik schiet iedere keer in de lach als ik die in oogverblindend lelijke roze- en paarstinten overgeschilderde ouwe troep voorbij zie sukkelen) mag worden gerekend, mag nog maar 30% van het normale tarief bedragen. Nu is dat 65%. Dat klinkt als een stap vooruit, maar feitelijk is dat gewoon gelul, verzonnen door een of andere paarse broek op het ministerie. Immers, er is al lang gebleken dat er haast geen reiziger bereid is om een flauwekultoeslag van 65% te betalen, en dus heeft de NS die toeslag noodgedwongen al moeten verlagen naar ongeveer 30%. Dus in plaats van ongeveer 30% toeslag, moeten de passagiers straks ongeveer 30% toeslag betalen. Wat je zegt, een hele verbetering. Dus de paarse broeken nemen de klanten van die paarse treinen in de maling. Passagiers worden genaaid waar ze bijstaan, door die enge NIMA-types. Met dank aan een minister die zo verzot is op asfalt, dat ze denkt dat bij een spoorwissel ook een invoegstrook hoort...