Toen Sinterklaas nog bestond

Ik trok de kast open en er stonden een paar grote witte dozen nog niet door mij ontdekt. Deze jonge ontdekkingsreiziger ontdekte maar al te gauw dat in mama’s kleerkasten de grootste schatten te vinden waren. Een lang roos ding, met onderaan een draaiknopje aan, wat op een piemel leek, een tijdschriftje wat Pabo noemde met zeer interessante plaatjes met tal van roze dingen in en vaders oude Playboys op zolder werden allemaal al snel door mij ontdekt. Maar toen ik die witte grote dozen ontdekte in de kleerkast van mama en papa, viel mijn frank als zevenjarige snotneus. Ze zaten vol met al het lekkerste snoepgoed. Het was het snoep van Sinterklaas, dat papa meekreeg van zijn werkgever, om de kindjes hun schoentjes rijkelijk mee te vullen. Toen bestond dat blijkbaar nog, goede werkgevers die uitdeelden in plaatst van uitbuiten.

Het waren dus de mama’s en de papa’s die Sinterklaas speelden, de man zelf bestond niet en mijn vermoeden werd bevestigd. Opgetogen sloot ik zo stil ik kon de deur achter mij, elke deur had namelijk een andere piepje en kraakje en van alle deuren wist ik dan ook precies de manier van openen en sluiten, geruisloos weliswaar. Ik was opgetogen, ik had net één der grootste geheimen ontdekt en al die jaren ervoor hadden mijn ouders, mij en mijn twee zussen, iets voorgelogen. En liegen mag niet, toch niet volgens één der vele leuzen mijn vader van zijn vader meegekregen had, namelijk ‘eerlijkheid duurt het langst’. Pas toen ik de dertig gepasseerd was en de onbezonnen jaren van plezier plaats maakten voor het serieuzere leven, ontdekte ik het echte voordeel van eerlijk zijn. Ik ontdekte dat vaders leuze ‘eerlijkheid duurt het langst’ niet voor niets rijkelijk verkondigd werd in mijn kinderjaren.

Nu ben ik van nature geen super liegebeest, ik verzon geen verhalen, ik stoefte niet met woorden die kant noch wal raakten, ik was eerder een doener en een durver. Ik stotterde toen nog en kreeg moeilijkere woorden niet over mijn lippen, ik kende ze wel, maar gebruikte ze niet. Verzonnen verhalen kreeg je van mij niet te horen, maar de bal gaan halen in de tuin van de kwade buren gebeurde moeiteloos en al lachend sprong ik als eerste de volle beek over. Ook als er een nieuwe rage ontstond op school, hoorde ik steeds bij de top, knikkeren, diabolo’s, flippo’s of tollen, in alles was ik zowat de beste, toen, nu al lang niet meer. Heden ten dage hoor ik eerder bij de beste zondaars en flierefluiters, maar liegen doe ik nooit.

De dertig gepasseerd zijnde en een aantal serieuzere relaties verder met moeilijke partners zijn mijn ogen echt opengegaan. Eentje was met een narciste van de hoogste categorie, ze had altijd gelijk en wilde je het jouwe halen, was het na zes regels dialoog gegarandeerd ruzie. En andere was met een slimmer iemand, ze was en is nog steeds goed van inborst en probeerde altijd eerlijk te zijn, maar als we iets te diep in het gesprek gingen, kwamen we op een punt, waar ze niet verder kwam, iets blokkeerde en al werd er niet gelogen, toch eindigde daar het gesprek. In mijn geloof moet je tegen je partner alles kunnen vertellen, en alles is écht alles, het gesprek mag niet stoppen omdat je liever iets niet verteld. Je moet kunnen discussiëren, vertellen en luisteren. Je zou zelfs je diepste geheimen op tafel moeten kunnen leggen. Zaken achterhouden of verzwijgen, zeker in een vaste relatie is het begin van het einde.

Zo heeft iedereen wel iets of een lijstje, een ‘zwarte’ bucketlist als het ware, gevuld met zaken van vroeger tot nu, die je, als je er de kans voor zou krijgen, graag zou willen goedmaken om er een streep door te kunnen trekken. De kunst is om deze zwarte lijst niet langer te maken, want je neemt hem overal mee naartoe, hij zit verstopt in je houding, in je grimas en in alles wat je te vertellen hebt, het bepaald voor een deel wie je geworden bent. Er is maar één ding dat je moet leren om deze lijst niet aan te vullen en dat is leren eerlijk zijn, naar jezelf, naar je omgeving, naar je partner als je die hebt en naar alles en iedereen in je leven. Het voordeel van altijd eerlijk zijn is dat je weinig tot geen toekomstige problemen veroorzaakt. Als je altijd de waarheid verteld, eerlijk bent en nooit liegt, heeft bijna nooit iemand of iets jou iets te verwijten.

Vanaf het moment je zwarte bucketlist niet meer groeit, begint jouw eerlijkheid vruchten af te werpen. Je wint vertrouwen bij iedereen, je komt niet meer in de problemen omdat je leugens achterhaalt worden. Je komt op een andere golflengte terecht, die van ‘the good vibes’. Je verstandhouding naar alles en iedereen rondom jou wordt klaar en helder. De meeste zorgen verdwijnen en je creëert er geen nieuwe. Denk zeker twee keer na voor je denkt dat je eerlijk en oprecht bent, want gemakkelijk is het niet, zeker niet als je van ver komt, zoals het super super liegebeest en zoals alle ouders zijn tot Sinterklaas niet meer bestaat, of de Paasklokken en de tandenfeeën. Leugenaars hebben later veel goed te maken, als ze de kans nog krijgen.  Je kunt dus maar best snel beginnen met eerlijk te zijn, recht voor de raap, om zo de voordelen te ontdekken van vaders bekendste leuze “Eerlijkheid duurt het langst”.