Seks op de boerderij

Wat heb je nou aan de lijn hangen, Teutje?’ Els, de buurvrouw van de familie Kreukel wees op de waslijn in Teutjes tuin. Daar hing een zwarte doorschijnende bodysuit met een V-hals. ‘Ja, leuk he, Els? Dat is mijn nieuwe sexy lingerie. Aloysius en ik gaan morgen voor een weekje naar Twente. Logeren bij de boer. En jij kijkt toch ook altijd ‘Boer Zoekt Vrouw’? Ik wil een beetje goed voor de dag komen.’ Ze lachte een beetje geil en gaf een knipoogje aan Els. ‘Maar die boer ziet je dan toch niet zo in je lingerie?’ Weer dat lachje van Teutje. ‘Jenever can tell’, antwoordde ze.

Ik mag toch wel hopen dat die boer bij wie we gaan logeren een vrouw heeft? Die boeren bij Yvon Jaspers zijn nogal eens behoorlijk hitsig.’ De stem van Aloysius klonk een beetje ongerust, maar Teutje antwoordde tot zijn opluchting dat de boer een vrouw had en twee dochters die op de boerderij hielpen. ‘Misschien mag je wel een keertje helpen bij het melken, Aloysius. Dan heb je ook weer eens een tuitje in je handen waar iets uit komt. Teutje kon het niet laten om een steek onder water te geven. Aloysius kon er niet om lachen.

Teutje had de boerderij waar ze een weekje zouden verblijven uitgezocht maar wel op aanraden van haar therapeut Dick Fallus. Die had gezegd dat het eigenlijk een soort bed and breakfast zou zijn, maar dat je verder ook alles met de boer samen mocht doen en daar was Teutje natuurlijk door aangetrokken. Ze had waarschijnlijk niet doorgehad dat die zin speciaal voor de kinderen was bedoeld. Lekker knuffelen met de kleine diertjes op de boerderij, zoals de cavia’s en konijnen. Teutje wilde echter het liefste knuffelen met het knuffelbeestje van de boer zelf, want van Aloysius hoefde ze al jaren niets meer te verwachten. Hij kon onder de douche niet eens meer zijn eikel onder het velletje wassen, want dat kreeg hij niet meer naar achteren. De kopkaas was in al die jaren zo gaan plakken dat hij opnieuw ontmaagd zou moeten worden.

De TomTom had de Kreukeltjes netjes naar het gehucht gebracht waar de boerderij moest zijn, maar daar ging het mis. Het vrouwtje dat de weg moest wijzen wilde de sloot in. Aloysius had het nog net in de gaten en kon op tijd remmen en keren. Aloysius had speciaal voor die stem gekozen omdat ze alles op een rustige manier aangaf. Voordien had hij de stem van Bert Visscher gehad, maar die ging te vlug.

Wat nu?’ Aloysius keek Teutje vragend aan, maar die had geen idee wat ze moesten doen. Zonder TomTom waren ze hulpeloos in een vreemde omgeving. De Kreukeltjes hadden wel moderne smartphones, maar die gebruikten ze om te bellen, gebeld te worden, berichtjes te sturen, foto’s te maken en op Facebook te kijken. Verder waren ze nooit gekomen. En daar stonden ze dan. Op een stil weggetje, naast een sloot met daarachter een weiland met koeien. Na een tijdje te hebben stilgestaan kreeg Teutje ineens een idee. ‘Misschien is dat weiland wel van onze boer, Aloysius. We kunnen dus het beste het weiland volgen tot we een boerderij tegenkomen en als het niet onze boer is dan weten ze daar vast wel waar die dan wel is.’ Dat was een goed idee, vond Aloysius. Nu moesten ze nog zien uit te vinden naar welke kant ze het weiland moesten volgen. Gelukkig zag Teutje aan de linkerkant in de verte een hooischuur. Die kant dan maar.

Het duurde niet lang of ze bereikten de boerderij. Het was een heel oude boerderij zo te zien. Het rieten dak vertoonde hier en daar zeer dunne plekken. De buitenmuur aan de voorkant was een beetje scheef gezakt, de stal die aan het huis vastzat, had houten wanden waarvan sommige planken vermolmd waren. De hooischuur was ook scheef gezakt, maar ze konden wel zien dat er hooi in lag. Niet echt een boerderij voor een Bed and Breakfast. Toch besloot Aloysius om te gaan kijken of er iemand thuis was, want dan kon hij de weg vragen naar het doel van hun bestemming.

Teutje was er niet gerust op. Het zag er allemaal nogal luguber uit, vond ze. Toen Aloysius aan de trekbel trok, hoorde ze een ijselijke kreet aan de andere kant van de deur. Wat en rare bel, dacht ze.

Even later hoorden ze slepende voetstappen naderen. Heel langzaam ging de deur open en er klonk een piepend gekraak. In de deuropening verscheen een grote man die een beetje krom was. Hij had een alpinopetje op, grote borstelwenkbrauwen, een neus met een pukkel erop en als hij zijn mond open deed zag je vieze bruine ongelijke tanden. Hij droeg een zwarte overal en had laarzen aan. Het ontbrak er nog maar aan dat hij een kettingzaag in zijn hand had, dacht Teutje. Ze werd er bang van.

Aloysius stelde zijn vraag en de man zei dat hij de bed and breakfast boerderij wel kende, maar of de Kreukeltjes niet even binnen wilden komen voor een kopje koffie. Hij kreeg namelijk niet vaak bezoek. Nou, dat vonden ze toch wel weer meevallen en dus gingen ze naar binnen. Meteen deed de man de deur op slot. Dat was wel weer raar, vonden ze, maar ze gingen mee naar het woonvertrek. Overal lag rotzooi. Oude kranten, kratjes met lege flessen, oude kapotte stoelen zonder zitting en nog veel meer. Aloysius wilde wat zeggen, maar de man had een knuppel gepakt en sloeg Aloysius meteen keihard tegen het hoofd, zodat deze bewusteloos raakte. Teutje begon schreeuwen.

De man kwam langzaam op haar af en zei met een krakende stem. ‘Wat heb jij allemaal voor lekkers onder je kleren liefie? Laat ome Piet eens even kijken.’  Hij pakte Teutje met één arm on haar middel en met begon met zijn andere hand de kleren van Teutjes lijf te rukken. Teutje had dan wel gehoopt op een lekkere boer die haar zou domineren tijdens een lekker seksspelletje, maar dit was wel wat te gek, vond ze. Dus gaf ze de man een knietje. Heel even verkrampte de man en gaf een schreeuw, maar meteen daarop sloeg hij Teutje vol op de neus. Ze voelde een hevige pijn, het bloed spoot uit haar neus en ze viel achterover tegen een tafel aan. Meteen gooide de man zich op haar en rukte haar kleren verder van haar lijf. ‘Ik ga je verschrikkelijk verkrachten en daarna gaan jullie eraan.’ De man was heel erg sterk. Teutje kon niets eer doen. Hij drukte met zijn handen haar benen uit elkaar, maar net toen deze oermens met zijn knots de grot binnenging, hoorde Teutje een stem.

We zijn er Teutje. Wakker worden.’ Teutje schrok wakker uit haar nachtmerrie. Ze had blijkbaar de hele weg liggen slapen. Ze keek naar buiten en zag een prachtige oude boerderij met daarachter een moderne hooischuur. De Kreukeltjes stapten uit en wilden net naar de voordeur lopen toen ze iets zagen dat ze waarschijnlijk beter niet hadden kunnen zien.

Wordt vervolgd.