Nee = ja, maar

Al 7 maanden is de Nederlandse politiek met het referendum over het associatieverdrag tussen de Europese Unie en Oekraïne bezig. Al 7 maanden lang probeert Rutte tot een voor hem bevredigende conclusie te komen. Al 7 maanden wordt het “zo spoedig mogelijk” uitgerekt.

Afgelopen avond was er voor de zoveelste keer een debat. In tegenstelling tot afgelopen april gaf D66 het kabinet de ruimte om langer de tijd te nemen om het “nee” om te zetten in een “ja, maar”. Verder zijn de kaarten nog niet erg veranderd. De SP, PVV, VNL en PvdD zetten zich nog steeds volledig in voor een intrekkingswet. De rest van de partijen stellen zich vooral terughoudend op.

De keuze was simpel: “bent u voor of tegen het associatieverdrag tussen de EU en Oekraïne”. Het leverde een overduidelijk “tegen” op. Echter voelt het kabinet zich in de maag gesplitst met de binaire keuze. Volgens Rutte wil hij de tegenstemmers tegemoet komen door een juridisch bindende verklaring toe te voegen, waarbij hij de bezwaren een plek geeft. Ten eerste kan hij onmogelijk de bezwaren weten, zonder hierbij alle tegenstemmers te bevragen. Ten tweede is het dan nog maar de vraag of die bezwaren daadwerkelijk een plaats kunnen krijgen.

Neem bijvoorbeeld het bezwaar dat Oekraïne een mogelijkheid krijgt om zich aan te sluiten bij de EU. Tijdens de campagne was dit veelbesproken punt. Rutte kan het echter niet voor elkaar krijgen om in een juridisch bindende verklaring vast te leggen dat Oekraïne nooit bij de EU zou mogen, zoals hij zelf op 30 maart zei. Nooit is namelijk nogal lang en Oekraïne zou ooit weleens in aanmerking kunnen komen. Daarnaast kan hij onmogelijk zeggen dat er geen cent naar Oekraïne gaat, als er nu al 11 miljard euro naartoe is gegaan.

Daarnaast kleineert het kabinet met deze zogenaamde oplossing het electoraat. Door alsnog het verdrag te ratificeren geeft het kabinet aan dat de bevolking niet in staat is om een verdrag te kunnen beoordelen en te kunnen beslissen of het al dan niet doorgaat. De kiezer heeft geen verstand van dit soort zaken, dus daarom zou het parlement hierover moeten beslissen. Welja, schaf dan de hele democratie maar af. Als de kiezer te dom is om over dit verdrag te kunnen beslissen, hoe kan de kiezer dan fatsoenlijk op een partij stemmen?

Daarnaast symboliseert het “nee betekent ja, maar” de verkrachting van het Nederlandse volk. Als een vrouw “nee” zegt tegen seks, bedoelt ze niet dat ze eigenlijk wel seks wil.

“Ja, maar als ik nu beloof een zak over mijn hoofd te trekken?”

Nee!

“Ja, maar als ik beloof geen geluid te maken?”

Nee!

"Ja, maar als ik beloof jouw geld niet meer aan die gokverslaafde man twee straten verderop te geven?"

Nee!

“ja, maar als ik geen seks met je hebt gaan honderden mensen dood in Syrië!”

Nee!

Minister-president Rutte, maak een keuze. Het is een raadgevend referendum en je hebt een meerderheid in de Kamer. Je kan ervoor kiezen om de stem van het volk in de wind te slaan, dat is je goed recht. Maar rek dit niet langer uit, beslis nu.