Oranje hoeren

Ik ben geen fan van het Koningshuis. De leden ervan gedragen zich als aristocraten en staan graag boven de wet en dan met name de belastingwet. Ze verdienen graag veel geld, alhoewel het begrip verdienen in mijn ogen alleen opgaat voor de alle arbeiders in Nederland die iedere dag weer eerlijke productie leveren, zoals de middenstander, de bouwvakker en de vakkenvuller. Allemaal betalen wij loonbelasting en nog zeer veel andere belastingen. En hoe meer het volk een goede verzorgingsstaat wil, hoe meer belastingen wij moeten betalen. Het lijkt logisch. Maar, zo lijkt het, dit neoliberale kabinet wil zo weinig mogelijk overheidsbemoeienis in alles plus een participatiesamenleving. Ouderen moeten zo lang mogelijk thuis wonen, daardoor zijn er meer onbetaalde mantelzorgers. Meer overheidsverantwoordelijkheid afschuiven naar gemeentelijke overheden. Wat wij met z’n allen hier dan mee gaan bezuinigen zou ervoor moeten zorgen dat wij minder loonbelasting gaan betalen en dus meer overhouden. Maar nee, het geld dat overgehouden wordt vloeit op één of andere manier naar toch al puissant rijke burgers toe. De ongelijkheid is nog niet eerder zo gegroeid dan in de laatste jaren, wereldwijd. Hoe is dat mogelijk? Hoe komt het dat ik als beveiligingsbeambte tien jaar geleden nog een euro of vijftien per uur kon verdienen en nu nog negen? En zo is het met veel lichtgeschoold werk.

Terug naar onze ‘volksdrug’, het Koningshuis. Het Koningshuis heeft niets te maken met het bovenstaande en ook helemaal niets met belastingen betalen. De Oranjes hebben er vanaf het begin niets mee gehad, dat begon met Willem van Oranje, de eerste ontduiker of ontwijker, wat u wilt.
De burger moest betalen, zijzelf nooit natuurlijk, ondenkbaar! En dat ‘natuurlijk’, daar heeft onze beroepsschuinsmarcheerder Bernard een ware professie van gemaakt. Ondertussen neukte hij alles wat los en vast zat. Stagiaires, serveersters en ander vrouwelijk personeel van Paleis Soestdijk konden niet alleen door de lange gangen lopen, zij hadden altijd een chaperonne nodig. Hij probeerde altijd wel wat aan te randen zelfs de door hem opgezette dieren die hij, waarschijnlijk zelf geschoten, aan de talloze wanden had hangen. En waarom? Nou gewoon, omdat hij het kon, omdat hij een prins was.
De nieuwe biografie van Jolande Withuis ‘Vorstin in een mannenwereld’ is niet alleen onthullend, maar ook tenenkrommend. Jolande is een scherpe onderzoekster. Wat zijn wij gewone burgers toch een slaven van dit Koningshuis geweest, en nog. Een klein groepje, ten opzichte van de overige zeventien miljoen Nederlanders, staat ieder jaar weer braaf op de derde dinsdag van september langs de vele stoepranden van het Haagse. Zij lijken de Oranjes nog bestaansrecht te geven. Net als die achterlijke discussie over Zwarte Piet, die na vele decennia tot veranderen gedwongen wordt. Hij moet wit worden. Zo zal dit Koningshuis met de discussie van vandaag de dag over hun exorbitante vergoedingen en manipulaties naar de vele kabinetten toe, want je kunt het onmogelijk salarissen noemen, moeten veranderen. Ze zullen zich moeten aanpassen.

Als je een Nederlandse loonslaaf bent dan weet je dat je moet werken om betaald te krijgen. Een lid van het Koningshuis knipt lintjes en poetst goud en juwelen, rijdt in koetsen die uit tijden komen toen ze nog een functie hadden. Nu ze dat niet meer hebben worden ze evengoed opgeknapt voor vele miljoenen, de onlogica ten top. De sluier van goud wordt om het hoofd van het volk gelegd, ze worden erdoor verblind en zien daardoor niet meer wat leden van het Koninklijk Huis werkelijk uitvreten. Bernard was hiervan het allergrootste voorbeeld. Nog steeds maken bastaards zich bekend. Jolande Withuis heeft in het zesjarig onderzoek voor haar boek serieus onderzoek gedaan, waarvoor hulde. De pracht en praal van paleizen en andere exorbitante huizen en boten enzovoort heeft maar één functie: een dikke mist om de harde werkelijkheid leggen. Dit is hun bestaansrecht. Ze zijn de hoeren van en voor het volk dat gelooft in families met macht, monarchieën. Terwijl de monarchie ten tijde van haar geboorte en tegelijkertijd de letterlijke moord erop eigenlijk herhaald zou moeten worden, nu.