Ik mis Mart

Zet drie fietsen achter elkaar en de Belgen maken er een uitzending van. Doe hetzelfde met net zoveel paar schaatsen en de Hollanders zenden het uit. Uitspraken van Mart Smeets. Evengoed kun je stellen: zet drie camera’s op locatie bij een sportevenement en Mart gaat prompt in beeld zitten.

De Tour de France is toch niet hetzelfde zonder Mart. Jarenlang werden we in de Avondetappe niet alleen bijgepraat over de etappe, maar ook over het Leven zelf. Drie weken per jaar werden we over de romantiek van de wielersport onderwezen, van waaruit eigenlijk het hele leven kon worden verklaard en gerelativeerd.

Soms op het vermoeiende af. Dat het leven gaat over het verleggen van grenzen en het verbijten van pijn en teleurstelling, daarin konden we ons nog wel vinden. Maar Mart slaagde er nog net niet in om een kassei een rokje aan te trekken en als bevallige dame aan de man te brengen, zo romantisch verkocht hij de schoonheid van het wielrennen. En jammer dat we dit jaar niet mee mogen maken hoe Mart aan de haal zou zijn gegaan met een exoot als de Eritreeër Teklehaimanot, "want, dames en heren, die kent u niet". 

Mart nodigde soms gasten uit waarvan in eerste instantie totaal onduidelijk was waarom die affiniteit met fietsen hadden. Ze probeerden dat dan wel in de paar minuten uit te leggen, maar eigenlijk zaten ze er vooral om Marts ontzag voor de Grote Relativering van de Wereld door het Fietsen te bevestigen. (“Sjaak, als je zó’n miezerig menneke tegen zó’n klootzak van een berg op ziet fietsen, hoe klein zijn wij dan eigenlijk, hè?”).

Maar die schaamteloze decadentie, in een Frans kasteeltje of een lommerrijk pleintje met een glas wijn, pratend over de belangrijkste bijzaken van het leven had onherroepelijk zijn charme. Het larderen van het Franse landschap met bekende en minder bekende chansons deed je gedurende en paar weken geloven dat God daadwerkelijk in Frankrijk woont. En uiteraard wist Mart zelf ook wel dat zijn presentatie prettig ironisch was. Een kwisje en een door het beeld dartelende Fifi Freriks maakten duidelijk dat alle koketterie niet helemaal au sérieux was.

Hoe groot is het contrast met het eerste Mart-loze jaar. De locatie is nu dezelfde bloedeloze, huiskamerachtige studio als die van waaruit vorig jaar het WK voetbal zo krampachtig werd gepresenteerd. Gert van ’t Hof probeert met zijn charmantste glimlach nog halfbakken bruggetjes naar Dione op locatie in Frankrijk te slaan, maar de gasten zit er meestal net zo ongemakkelijk en stijf bij als de genodigden op de pijnbank bij Jinek een half jaar geleden. Alsof ze nog liever met de billen in emmer geklemd tegen een zak aardappelen geleund zitten. Maar vooral: de verhalen zijn alleen nog maar technisch en zakelijk, maar nauwelijks meer smakelijk.

Ik mis de Avondetappe. Ik mis de kasteeltjes en de schuurtjes, die vervolgens door Mart en zijn dikke corpus aan het zicht werden onttrokken. Ik mis de clichés en de hyperbolische relativeringen. Ik mis de botervette romantiek op het stokbroodje Tour. Ik mis de zwoele zomerse nachtzoen van – Daar is zij! – Dalida. Ik mis het vaste slaapmutsje zomeravondgeneuzel over De Ronde. 

Ik mis Mart.