De Muur: 1961-nu

9 november 1989. In de 40-jarige DDR is het al maanden onrustig. Duizenden burgers vluchtten naar de West-Duitse ambassade in Tsjechië. Grote protestmarsen gingen reeds door de straten van Leipzig en Berlijn. Zelfs het DDR-regime zelve viel begin november. Vroeg in de avond kwam er een persconferentie om de houding van de nieuwe regering te duiden.

Die positie bleek onverbiddelijk. "Er komt geen verandering in het grensbeleid", stelde Politburo-voorman Schabowski aldaar. "Toezeggingen van de vorige regering over verbreden van mogelijkheden aangaande het oversteken van de Duits-Duitse grens zijn bij dezen ingetrokken en genullificeerd." Een journalist vroeg wanneer dit besluit heroverwogen zou kunnen worden. "Nooit. De hernieuwd harde lijn zal ogenblikkelijk -per vandaag- worden ingevoerd."

Hernieuwde protesten in december '89 en januari '90 werden de kop ingedrukt middels keihard optreden van de Volkspolizei. Tienduizenden DDR-burgers werden daarbij opgepakt en soms maanden- tot jarenlang opgesloten in schimmige gevangenissen. Hoewel Sovjetleider Gorbatsjov maande tot perestroika en glasnost wilde de SED daar niets van weten: "De antifascistische verdedigingsmuur blijft staan en is harder nodig dan ooit."

Terwijl de rest van de wereld de jaren '90 in rolde en genoot van Spice Girls, happy hardcore en internet was de DDR-afwijzing van mogelijkheden tot grensopening een signaal aan andere Oost- en Midden-Europese regimes om ook hun grenzen meer hermetisch af te sluiten dan ooit. Kalender na kalender werd opgehangen, de jaren rolden in elkaar over, de Muur en het Gordijn bleven staan.

De EEG werd de EU, de Westmark werd ingeruild voor de Euro, maar van Denemarken tot Turkije was Europa nog steeds in tweeën geknipt. Toen Gorbatsjov doorkreeg dat zijn politieke verslapping niet door de socialistische heilstaten in het Warschaupact werd gewaardeerd trok ook hij de teugels weer flink aan. De Europese eenwording werd door de Sovjetautoriteiten bestempeld als een directe bedreiging voor de wereldvrede, in werking gesteld en gesteund door de grootkapitaalfascisten in Washington.

Op haar beurt beschuldigde Washington Moskou na 9/11 van het financieel en qua training steunen van Al Qaida. Moskou ontkende dit niet alleen, maar gebruikte de door het Westen ontketende oorlog in Afghanistan ook om de VS te beschuldigen van het starten van de opmaat naar een 'schijnbaar gewenste en steeds meer onvermijdelijke' Derde Wereldoorlog. Met de harde ideologische confrontaties onder Reagan, de verscherping van anti-Westers beleid in de jaren '90 en de uit de hand lopende betrekkingen na 9/11, was de periode van détente die in de seventies ingezet werd, volledig voorbij. Sinds de Cubacrisis waren de spanningen niet zo hoog meer opgelopen.

De beslissing in 2004 om een deel van het kernwapenarsenaal compleet gratis ter beschikking te stellen aan Noord-Korea werd internationaal furieus ontvangen. Tegelijkertijd stelde Vladimir Poetin, die ooit begon bij de KGB en zich langzaam had opgewerkt tot troonopvolger van de inmiddels bejaarde Gorbatsjov, dat het Westen zijn hypocriete mond moest houden omdat zij eigen bondgenoten als Pakistan en Israël ook van atoombommen hadden voorzien.

De verarmde Sovjets lieten de bevolking in toenemende mate kreperen om het kernwapenarsenaal te blijven updaten en uitbreiden. Toen in 2009 een nieuw type waterstofbom tot ontploffing werd gebracht op Nova Zembla, een ding dat tien keer krachtiger was dan de 50 megaton-Tsar Bomba die bijna vijftig jaar eerder werd getest, gooide ook het Westen het moratorium op kernwapentesten overboord, volgden jaren van wetenschappelijke sprongen van 10 tot 100 tot 500 en 1000 megaton en werden de nieuwe bommen van Volkel tot Turkije met honderden per basis neergezet.

Onder het motto 'liever een raket in de tuin dan een Rus in de keuken' werden er meteen hypermoderne versies van de kruisraketten waartegen in de jaren '80 nog zoveel verzet was, neergeplempt in een enorme cirkel om de Sovjets heen. Op enkele grachtengordelsocialisten na was daar onder de burgerbevolking geen enkele oppositie meer tegen.

Nu, 25 jaar na die beruchte speech waarin de DDR aangaf het Westen definitief de middelvinger te geven, woedt de Koude Oorlog meer dan ooit. Land voor land maakte Zuidoost-Azië een communistische knieval. Van Nicaragua tot Korea steunen de Sovjets in toenemende mate rebellen, plegen ze staatsgrepen en wordt het Warschaupact bijna jaarlijks met een of twee landen uitgebreid.

De strijd om Afrika wordt samen met de communisten in China gevoerd in een immer escalerende furie van wapenleveranties en economische sancties tegen nog pro-Westerse regimes. Boko Haram vecht met kalashnikovs en van de Moskouse daken wordt geschreeuwd dat ebola door de Amerikanen op het continent is losgelaten om de Afrikaanse socialisten uit te roeien.

53 jaar staat de Berlijnse Muur er nu. Nog steeds kunnen alleen de vogels vliegen van Oost- naar West-Berlijn, en met de recent geïnstalleerde automatisch schietende laserdetectie zijn ook vogels niet langer veilig. Hoewel het niemandsland hooguit 200 meter breed is lijkt de vrijheid verder dan ooit.

En met de fanatieke, gewelddadigheid implicerende retoriek van de aanstaande Sovjetleider Poetin over een hernieuwd Groot-Rusland, over het landen op en veroveren van de Rode Planeet, over de "gewis naderende eindstrijd tussen de Westfascisten en het internationaal socialisme", zijn we verder dan ooit verwijderd van die vrijheidsprotesten van ’89 en lijkt het een zekerheid dat de Muur er de komende 53 jaar nog wel zal blijven staan – mocht West-Berlijn tegen die tijd nog niet onder de hiel van de immer voortmarcherende Sovjet-oorlogsmachine zijn vertrapt.