Ivo Niehe: opschepper of zelfkenner?

Zou Ivo Niehe al weer naar buiten durven? Wat een ophef zeg, vorige week. Ook ik heb zijn optreden bij Pauw en Witteman gezien. Ik zag een man, die net had opgetreden, die de bloemen nog in zijn handen had, en helemaal in euforische stemming verkeerde over de voorstelling, de reacties, de bewondering van mensen en die dat bepaald niet onder stoelen of banken stak. Nou, dat heeft hij geweten. In de media kwam het proces al gauw op gang: die Ivo Niehe was niks meer of minder dan een kerel met een veel te groot ego. Wat een opschepper, wat een blaaskaak. Ik moest inwendig wel grinniken, toen ik ergens las, dat uitgerekend Peter R. de Vries het voor de arme Ivo Niehe had opgenomen. Over groot ego gesproken. "Wat de politie nooit is gelukt, hebben wij wél voor mekaar gekregen... Bla, bla, bla." Ivo Niehe is heel lang alleen maar televisiemaker geweest, en kwam bij de groten der aarde thuis. Op zich al een prestatie. Maar eigenlijk was zijn grootste droom om cabaret te maken, en nu hij leuk aan de weg timmert en blij is met het resultaat, mag hij dit niet voor heel Nederland zeggen, zo leek het. Tuurlijk, ook ik had iets van: ‘Nou, nou, dat mag wel een tandje minder', maar ach, die man kwam net uit de hemel, voor zijn gevoel. En als hij met dit verhaal thuis gekomen was, dan had zijn vrouw waarschijnlijk gewoon apetrots geweest op haar man, en hem een dikke smakzoen gegeven. Maar ja. Nu zei hij al deze dingen over zichzelf voor de nationale televisie. En dan vinden er veel meer mensen iets van.

In onze cultuur bestaat veel onduidelijkheid over wat je wel en niet mag zeggen over je eigen persoontje. Hierdoor komen veel mensen in de knoei. Zelf heb ik regelmatig sollicitanten tegenover mij zitten, en altijd komt de onvermijdelijke vraag: "Wat zijn jouw sterke kanten? Benoem je kwaliteiten eens." Meestal volgt een onrustig schuiven op de stoel, een blos op de wangen en veel gestamel. Want vanuit onze Calvinistische cultuur zijn wij grootgebracht met het idee dat bescheidenheid ons siert, dat we gewoon moeten doen, want dan doen we al gek genoeg, en als je in een Christelijke omgeving bent grootgebracht, zoals ik, dan leer je ook nog eens dat je al je talenten van God gekregen hebt, en dat je Hem daar dankbaar voor moet zijn. Bovendien zijn al onze goede werken ingegeven door de Heilige Geest, en onze slechte werken door de Duivel, en door onze zondige eigen geest. De dingen die wij goed doen, zijn bovendien nog met zonden bevlekt. Tja, zie dan maar eens een groot ego te krijgen!

Dat is de reden, waarom veel mensen - ja, ja, ik ook! - trucjes verzinnen, om toch die aandacht te krijgen, die wij allemaal zo keihard nodig hebben. Of je nou een onzeker mens bent, of juist een super zelfverzekerd mens, die trucjes blijven hetzelfde. Wie herkent de volgende dialoog:


Voorgeschiedenis: vrouw gaat naar de stad en koopt een prachtig jurkje, waar ze heel blij mee is. Zij komt thuis met haar aankoop. Haar man vraagt haar om het jurkje aan te trekken, zodat hij kan zien hoe het staat. Vrouw komt uit de slaapkamer in haar nieuwe jurkje.

Man: "Wauw, wat mooi zeg! Je ziet er prachtig uit, in dat jurkje. Draai eens een rondje?"
Vrouw: "Ja? Vind je het echt mooi? Heb ik er niet een te dikke kont in?"
Man: "Welnee! Je hebt toch ook helemaal geen dikke kont? Het staat je echt prachtig!"
Vrouw: "Maar de kleur dan? In de paskamer twijfelde ik namelijk, word ik niet heel bleek van dit jurkje?"
Man: "Ik vind het gewoon mooi. Klaar."
Vrouw: "Maar kan het ook nog voor mijn leeftijd? Ben ik niet te oud voor zo'n hip jurkje?"
Man: "Schei toch uit! Je bent de mooiste vrouw die er is, en je ziet er nog hartstikke jong uit!"

Hier zijn wel een paar verklaringen voor te bedenken. Het kan zijn, dat de vrouw echt heel onzeker is van haar uiterlijk en de complimenten, de bevestiging van haar man heel hard nodig heeft. Het kan ook zijn, dat de vrouw een heel groot ego heeft, en aan één complimentje niet genoeg heeft. Ze wil bevestiging voor hetgeen zij eigenlijk allang weet: ze is een bloedmooi wijf. Het is ook een bepaalde vorm van communicatie. Je laat de ander het zeggen, je zegt het niet zelf. Want stel, dat dit gesprek als volgt zou gaan:

Voorgeschiedenis: vrouw gaat naar de stad en koopt een prachtig jurkje, waar ze heel blij mee is. Zij komt thuis met haar aankoop. Haar man vraagt haar om het jurkje aan te trekken, zodat hij kan zien hoe het staat. Vrouw komt uit de slaapkamer in haar nieuwe jurkje.
Man: "Wauw, wat mooi zeg! Je ziet er prachtig uit, in dat jurkje. Draai eens een rondje?"


Vrouw: "Ja, prachtig hè? Ja, er zijn maar weinig vrouwen, die zo'n jurkje met elan kunnen dragen. Ik wel, want ik heb een prachtig figuur. Wat ik ook aantrek, het staat altijd prachtig. Alle kleuren kan ik hebben, omdat ik zo'n mooie huid heb, en als ik door de stad loop, dan voel ik vaak de jaloerse blikken van andere vrouwen en begerige belikken van mannen op me gericht. Jij mag wel blij zijn, dat jij zo'n vrouw hebt. En ik zou er ook maar zuinig op zijn als ik jou was, want er zijn veel kapers op de kust."
Wat zou de man nog kunnen zeggen? Niks toch? Dus zo'n houding levert praktisch niks op. Hoe meer vragen je stelt, liefs zo onzeker mogelijk, hoe meer complimenten je in de wacht sleept! Een soort van valse bescheidenheid. Ook niet goed, natuurlijk.

En dat tweede is wat Ivo Niehe doet. Eén vraag wordt aan hem gesteld. "Voor wie heb je opgetreden?" En Ivo gaat er helemaal mee aan de haal. Een opmerking als: "Onze collega Ivo Niehe, hij is ons royaal ontstegen, natuurlijk," had ik, als ik Ivo was geweest, weerlegd. Kom op, Pauw en Witteman zijn ook niet de eerste de beste. Maar Ivo nam dit compliment, óf spottende opmerking, net hoe je het opvat, met een zelfbewuste glimlach in ontvangst. Ook aan het eind van het interview, wat eigenlijk geen interview was, maar een monoloog van Ivo, sprak een van de andere gasten de woorden: "Je moet misschien wat bescheidener worden, jongen!" In diezelfde week vielen cynisme, en hoon en spot van het volk Ivo ten deel. Het komt nou eenmaal niet sympathiek over, die zelfverheerlijking. Over the top.

Dat wentelen in tevredenheid is niet fraai. Je hoeft niet bescheiden te zijn, dat is nergens voor nodig. Maar zo uitvoerig uitventen van je succes is toch meer iets voor in de huiselijke kring. Daarbuiten schipperen tussen tevreden met jezelf en bescheidenheid. Je bewust zijn van je competenties, maar dat alleen benoemen als er specifiek naar gevraagd wordt, bijvoorbeeld in zo'n sollicitatiegesprek. Show, don't tell.

En laten we elkaar nou geen mietje noemen: we hebben allen behoefte aan liefde, warmte, waardering en erkenning. Als al jouw collega's om 9 uur binnenkomen, en jij zat al om half 9 op je werkplek, dan heb je toch de neiging om te zeggen: "Ik was hier al om half 9, moest éven nog wat afmaken." Want men moet het in elk geval wel wéten toch, dat jij er al veel eerder was? En ook een zin als: "Als het bij mij in huis zo'n rommel zou zijn, dan zou ik helemaal gek worden," impliceert eigenlijk, dat jij heel erg netjes en geordend bent. En zo kan ik nog wel even doorgaan. Maar mijn columns zijn altijd al zo lang. Of niet? Vinden jullie mijn columns zó boeiend, dat de lengte er niet toe doet? Zeg eens eerlijk? Niet dat ik op complimenten uit ben hoor...

http://www.youtube.com/watch?v=4Y_XjMGjBtk