Pissen of klaarkomen?

Column door O.Akyol

´Hallo chef. Mooi feestje, vind je niet?’ Naast mij staat een boomlange, Marokkaanse jongen met gitzwarte krullen op zijn kruin. Hij trekt zijn leuter schroomvallig uit zijn broek en begint te urineren in de pisbak naast de mijne, zijn ogen niet afwendend van mijn gestalte. Op de vraag die ik eerder stelde, krijg ik geen antwoord. Hij kijkt alleen nors. Dat is zonde. De nachtelijke gesprekken aan de pisbakken van discotheken zijn doorgaans bijzonder intrigerend. Vooral als je - bij wijze van experiment - voornemens bent om niet te drinken. Zoals ik vannacht.

De Marokkaan verlaat de pisbak, wast vluchtig zijn handen in het koude water van de kraan, neemt een pepermuntje van het schaaltje op het ‘bureau’ van de toiletjuffrouw en klautert ineens de trap op naar boven – naar de feestzaal. Hoe dan ook, deze mocro is niet de causeur die ik zoek. Geen sympathiek typetje. Dat blijkt alleen al uit het feit dat de woonwagenbewoonster, de vrouw die verantwoordelijk is voor de inkomsten van de toiletten, furieus opstaat van haar stoel om de Marokkaan van zoeven allerlei verwensingen toe te roepen. Hij heeft niet betaald. ‘Ik krijg die longlijder nog wel’, snauwt ze luidkeels als ze na enkele momenten weer postvat op haar eigen plek.

Ik wil dat ze haar gemoed bij mij lucht en besluit in razend tempo ook de trap op te klauteren en bestel twee Berenburg voor haar. Als ik beneden ben, is ze weer verwikkeld in een discussie met een jongen. Dit keer is het een iel Chinees mannetje, dat zijn stoelgang wil betalen met een biljet van honderd euro. ‘Dat kan ik toch onmogelijk wisselen?’ schreeuwt de toiletjuffrouw verongelijkt. Maar de Chinees kijkt schaapachtig uit zijn ogen en heeft geen intenties om gepast te betalen. ‘Loop dan maar door, rotjong. Zoek gelijk de weg naar de hel op. Jullie zijn ook allemaal hetzelfde.´ Als ik de glazen Berenburg op haar tafel zet, knikt ze erkentelijk. ‘Die Aziaten zijn doortrapt. Die knul had echt wel kleiner dan een meier, maar hij weet dat ik niet kan wisselen. Zo gaat-ie gratis naar de wc. Dat doen ze altijd. Klootzakken!’

Op dat moment verschijnt een potige man. Zo’n type dat niets te zoeken heeft in een jongerendiscotheek, maar pintelierend is beland op de plek waar een gros loopse tienermeisjes zich ophoudt - hier, dus. Hij zal zich wel geen illusies maken, maar vleeskeuren is een sport ansich. En dat is nu precies zijn stiel: vlees keuren. Hij zoekt de uiterste pisbak op, trekt niet zijn gulp doch hele broek omlaag en begint ongegeneerd te urineren. Af en toe laat hij een scheet. ‘Hémelssss’, kreunt hij van genot. ‘Wat is hemels mijnheer?´ vraag ik hem in alle deemoedigheid. Hij kijkt monkelend opzij en zegt niets. Alsof hij wil zeggen: ‘Laat mij even genieten van dit moment.’

Hij wast zijn handen en kijkt onderwijl in de spiegel richting mij. ‘Kijk, jongen. Ik ben vijfenvijftig. Heb links en rechts flink wat afgeneukt, dat zeg ik uiteraard in alle bescheidenheid. Maar een volle blaas ledigen is vaak nog lekkerder dan de zoveelste zaadlozing. Sterker: klaarkomen is overrated! Pissen is lekkerder dan klaarkomen. Ja, ik heb het gezegd.’ Daar moest ik even over nadenken. ‘Neem van deze oude man maar aan dat dit de absolute waarheid is. Maar jij bent nog jong. Wacht maar tot je getrouwd bent, of een vaste vriendin hebt met wie je een lange tijd gaat. Dan kom je thuis met tegenzin, wars van het vooruitzicht dat zo’n opgewarmd lijkje in bed ligt en op een flinke beurt wacht.‘ Ik kijk hem aan met een meewarige blik en laat blijken dat ik zijn woorden even moet laten bezinken. Hij zegt niets meer en verdwijnt in de nacht.

Twintig minuten na het gesprek met de oudere man, verschijnen twee wiggers – van die Nederlandse jongens, die hun Amerikaanse hiphophelden imiteren qua kledingstijl en met een Marokkaans/Surinaams accent praten - voor mijn neus. Ik draai me weer om richting de pisbak en sla ze gade. ‘Leuk feestje, hè?’ vraag ik enthousiast. Ze kijken me argwanend aan en de kleinste van de twee maakt mongoloïde bewegingen met zijn hoofd, waaruit moet blijken wat hij van het feest vindt. ‘Straks komt Fouradi’, zegt de andere knul opeens. ‘Dan gaan al die chimeiden elkaar platdrukken tegen het podium, en wie denk je dat daar tussen staat met uitgestoken voelsprieten?’ Dat antwoord lijkt me niet moeilijk: ‘Jij en je maat?’ Hij kijkt triomfantelijk in de richting van zijn vriend. ‘Juist, swa.’

Als ze beiden klaar zijn met hun rituelen (puistjes uitknijpen, haar in model brengen met de kam in de broekzak, wenkbrauwen rechten en mondspray in de bek spuiten) staan ze klaar om te vertrekken. Terug naar de zaal. De kleinste van de twee kijkt onderzoekend van achter de hoek van de wc’s richting de standplaats van de toiletjuffrouw, en als hij een onachtzaam moment van haar ontdekt, trekt hij zijn kameraad aan een arm en sprinten ze de trap op. Dit keer ziet de toiletjuffrouw niets. In een opwelling besluit ik ze achterna te lopen en eer ze de grote massa voor het podium induiken kan ik de kleinste bij zijn arm pakken. ‘Wat is er man!?’ schreeuwt hij opgefokt. Opeens verschijnen zijn vrienden ook, die zich klaar lijken te maken voor een knokpartij. De bonton in zo’n discotheek.

‘Er is niets’, zeg ik. ‘Ik weet alleen niet of het zo verstandig is dat jij die meiden zo’n grote waarde toedicht.’ Hij kijkt even met onbegrip in zijn ogen naar zijn maten en herneemt zijn gefingeerde gangsterhouding. ‘Wat zeg jij, man? Ben je homo of zo?’ Zijn maten fluisteren elkaar meesmuilend iets in de oren en nemen een quasistoere houding aan. ‘No homo. Ik wil je alleen zeggen dat pissen veel vaker lekkerder is dan klaarkomen. Dat moet je niet vergeten.’ Ze reageren niet op wat ik zeg en lopen als collectief de menigte in. Ik ga weer naar de wc’s en de toiletjuffrouw. Zij heeft twee lege glazen in haar hand. ‘Als je deze bijvult, mag je de rest van de nacht gratis naar de wc’, stelt ze voor. Dat lijkt me wel een goede deal.

Özcan Akyol komt vanaf vandaag elke zaterdag voor FOK! columneren.