Heelverhaal.nl laat van zich horen...

Eerdere afleveringen: hier...

Maar het werd herfst en dan mag de campingvader (dit begrip duidt een gescheiden man aan die zo lang maar in de stacaravan gaat zitten; leuk, zo'n verregend weekend met je kinderen...) niet op de camping blijven, want we willen geen trailer trash in Nederland. Dus sluiten we tussen oktober en maart de campings en duwen we de gescheiden sukkeltjes in oktober en masse over de rand richting officieel geregistreerd daklozenkrantverkoperschap.

Mij was het al lang duidelijk: hadden ze Heelverhaal.nl te pakken genomen in zijn sportieve auto, mij wilden ze niet doodhebben maar wel onder alle denkbare maatschappelijke tegels verstoppen. Wie 'ze' dan zijn? Sja. Bij mijn status als dakloze past natuurlijk ook een gezonde paranoia. Dat ik ooit Grieks had gehad op een gymnasium in een dorp dat van de ingenieurs en architecten aan elkaar hing, en dus wist dat paranoia letterlijk 'naast 't verstand' betekent, dat hielp niet; ik voelde me namelijk op een vreemde manier buitenspel gezet van het collectieve bewustzijn waar ik eerder zo van had geprofiteerd. Alsof mijn intelligentie een maand geleden voor een deel buiten mijzelf gesitueerd was geweest, en dat ik er nu niet meer bij kon.

Dat ik dat nu allemaal opschrijf met zoveel moeilijke woorden (gesitueerd en zo), neemt niet weg dat ik langzaam tot een zoogdier verschrompelde. Van hoogdravende gesprekken met ambtelijke vrienden die na hun ministeriële diensten nog in het pak met mij de ene bourgogne na de andere chablis wegklokten, kon geen sprake meer zijn. Ik kon alleen nog maar wanhopig aan mijn vriendin denken, aan haar naakte lijf tegen het mijne en dan een beetje moedeloos masturberen; niet zelden voelde ik me walgelijk als ik daarna naar de afgeleefde sauna sjokte, waar de zielige hoertjes allang wisten dat ik alleen voor de douche kwam en me hatelijk aankeken. Kwam er eens een kerel binnen, was ik het. Maar dankzij die prostituees kon je er gratis douchen en zelfs als je wilde nog een saunaatje pikken.

Ik sliep op kantoor. Er stond een bankje, en mijn slaapzak borg ik op in een lege computerdoos in een kast. Om een uur of zeven verliet ik het pand, ging ontbijten, en om half negen kwam ik zogenaamd fris op mijn werk. Als een van de laatsten vertrok ik weer, voor een maaltijdje van de Surinamer of de Thai. Dat at ik of aan een formica tafeltje op dat zo'n tentje voor het goede fatsoen nog heeft staan, maar liever 'thuis', dat wil zeggen, aan mijn bureau.

Na het eten speelde ik off line spelletjes op de Mac. Natuurlijk moest ik overdag wel af en toe naar de mail kijken en mijn mobiel aanhouden, maar sms-jes opende ik niet en spam bekeek ik al helemaal niet; ik had mijn lesje wel geleerd. Elk scherm kan namelijk zo maar in dienst staan van eh... van wat eigenlijk? Van Hun, zal ik dan maar even paranoïde en wel zeggen. Waarbij ik dan maar meteen aanteken dat Zij geen mensen zijn of zo, maar een soort samenzwering van op hol geslagen chips of zo.

De dagen werden korter, de avonden langer. Ik verloederde, want ik besteedde veel tijd en al mijn geld in kroegen en nachtcafés. Dat hoort helemaal niet op mijn leeftijd: dan hoor je thuis met gesteven boord en het haar in de pommade de krant te lezen, terwijl je luistert naar de regelmatige ademhaling van de gezonde kinderen in hun gemangelde pyjamaatjes. In plaats daarvan luisterde ik naar de oeverloze lulverhalen van andere gestrande zielen. 't Werd steeds moeilijker om 's morgens voor de binnenkomst van ons schaarse personeel de slaapzak opgeborgen en het pand verlaten te hebben.

Soms gaf ik het op, en sliep bij een of andere toevallige drinkebroer; douchte bij hem, kocht een onderbroek bij Zeeman, die ik aandeed achter het gordijn van het pashok. Daarna een koffie en een bagel, en tegen half elf op het werk. Mijn vennoot zei er niet veel van; ik had aardig wat krediet opgebouwd door altijd eerder op kantoor te zijn dan hij.

Mijn kinderen had ik al weken niet gezien. Ik droomde veel over hen; over hen, en over mijn vriendin in aanstootgevende posities. Ik wist dat ik ordentelijke woonruimte nodig had om voor een regeling te kunnen gaan. Maar de erfenis van heelverhaal.nl en de winst uit de loterij had ik in een dronken nacht gestort op de rekening van de Stichting Aap. Die Stichting kan tot ver in de volgende eeuw apen redden. Wat zeg ik? Tot in de eeuwigheid als ze het een beetje goed beleggen!

De ellende was dat ik geen huis kon kopen, omdat de banken winstcijfers van drie jaar wilden zien; ons tokootje was nog geen half jaar oud. Huren kon alleen in Noord, Bijlmer en West, maar daarvandaan krijg je kinderen natuurlijk nooit op tijd op school. Gemeubileerde flatjes in Oud Zuid genoeg, voor expats en zo, maar tegen woekerprijzen. En dat zou allemaal nog wel gaan, maar als ik er dan een bekeek dat me beviel, deed de makelaar of ik een enge zwerver was met een nare kegel. Waar hij dan op zichzelf wel weer gelijk in had. Dus dat werd niks.

Nou moet je weten dat ik extreem slecht tegen alleen zijn kan. Ik ga in mezelf praten, en als ik dan weer onder mensen kom kan ik nauwelijks meer communiceren, alsof ik het verleerd ben. Ik ben eens een week alleen naar Londen gegaan, de reis was geboekt voordat mijn toenmalige verkering het uitmaakte (waarom maakt iedereen het toch altijd uit met mij?) en het was net een grote paddotrip. Maar dan zonder paddo's; een treurig hotelkamertje en doelloze tochten in de underground waren genoeg. Ik kwam knettergek terug en het duurde zeker een maand voor ik weer een normaal avondje met vrienden uit kon. Men weet het barmhartig aan liefdesverdriet, maar het was het alleen zijn.

Ik kan dus ook niet beweren dat het goed met me ging, toen ik Heelverhaal.nl tegenkwam. Maar die was toch dood? Ja. Toch stond hij voor me hoor, in levende lijve, geen spook, geest of ectoplasma, gewoon die maffe kale kop van hem, één uur 's nachts in café De Duvel waar ik Westmalle Triple aan het zuipen was.

"Tijl!"
"Hee..."

Ik klonk niet zo enthousiast, terwijl hij toch als een soort Jezus uit zijn graf was opgestaan -maar Heelverhaal.nl had een paar slechte eigenschappen. Hij praatte lang en veel over moeilijke intelligentiedingen, hij had een stelletje apen uitgerust met brains en er indirect voor gezorgd dat ik veel weg had van een dakloze zwerver zonder dak boven zijn hoofd en geen huis.

"Hoe is het?"
"Mwah. Mijn vriendin is bij me weg. Met jou? Ik dacht dat je dood was?"
"Op papier hè, op papier. Of liever gezegd: elektronisch. Maar niet fsyiek. Ik heb nog dorst, ik kan nog neuken, ik moet nog poepen op zijn tijd en ik kan jou nog een echte stoere mannenhug geven."

Wat hij deed. Een beetje tegen mijn zin. Ik werd langzaam wat helderder. Ik bestelde twee dubbele espresso's, waarvan ik er een haastig opdronk; ik ging naar het toilet, dronk de kraan half leeg, en plensde wat water in mijn gezicht. Hij zat nog aan de bar toen ik terugkwam, nipte voorzichtig aan zijn koffie.

"Is het toevallig dat je mij tegenkomt? Of wist je dat ik hier zat?" Bij Heelverhaal.nl weet je het nooit.
"Tja. Iets er tussen in. Het had ook de King Fisher kunnen zijn of Kale de Grote, maar erg opwindend ben je niet in je keuze van kroegen."

Daar zat wat in. Maar ik vroeg me af hoe hij dat wist. Liet hij me volgen of zo?
"Ik zal het je allemaal vertellen. Kom mee naar mijn huis. Jij thee, ik Tequila. O ja, je mag het van me huren, ik ga morgen definitief naar de States. Een keurig appartement aan het Minervaplein, de kinderen kunnen lekker in de binnentuin spelen. Vier- of vijfhonderd in de maand, is dat te doen? Of driehonderd, is ook goed."

We liepen door de miezer over de Ceintuurbaan en de Stadionweg naar zijn benedenwoning. Ook hier weer kunst. Op de wc, waar ik weer heen moest, hing een kopie van een krantencartoon: "Zes uur weken in de soda is zeker weer niet goed genoeg voor Meneertje Het Aangekoekte Pannetje?" Ik moest erom lachen. Ik merkte dat dat lang geleden was, lachen. Het idee dat ik hier binnenkort mijn kinderen zou kunnen zien ronddartelen, stond mij wel aan.

"Vertel," zei ik, toen Heelverhaal.nl kruidenthee inschonk. "Je bent dus niet dood?"
"Heb je even?"

Ik zakte onderuit. Natuurlijk had ik even. Al had ik helemaal niet even, dan nog zou Heelverhaal.nl de sluizen opengooien. Heelverhaal.nl lult namelijk nogal veel. Hence the name.

(Dat brengt me op een vergeten puntje van orde. Ik heb ooit eens een boekje geschreven, en daarvan werd door recensenten en in radio-interviews en zo opgemerkt dat er sprake was van bordkartonnen karakters. Maar nou las ik laatst een boek van Houellebecq, de gevierde Michel Houellebecq ja, waarin hij ergens op bladzijde 15 schrijft, ja hoor eens, aan karakterdiepte ga ik niet doen allemaal, het gaat mij om het idee en dat jij als lezer dat idee een beetje meekrijgt. Tadaaa! Vondst. Dus het gaat mij hier in navolging van de Grote Houellebecq ook niet om karakterdiepte, mijn vriendin is een lekker wijf, Heelverhaal.nl klept veel, dat is zo ongeveer de diepte waar je het mee moet doen. Had ik dat nou maar in die roman ook opgeschreven, dan had Clairy Polak me nooit zo zuur kunnen interviewen voor de radio. Want dat wapen had ik dan al uit haar serieuze nonnenklauwtjes geslagen.
"Hier , lees dan zelf tutje Polak, op pagina 7 schrijf ik toch dat ik niet aan karakterdiepte doe? Ooit van Houellebecq gehoord? Nou? Nou? O toch wel? Oké. Maar dan heb ik nog een vraag voor je Clairie-prairie. Doe je nog wel eens aan seks? S. E. K. S.? Seks?" In plaats daarvan moest ik me als een mak schaap naar de literaire slachtbank laten leiden wegens gebrek aan karakterdiepte.
Maar goed, water under the bridge, niets meer aan te doen. Spijt is wat de koe schijt.
Het bedoelde boekje is trouwens een aanrader, het heet 'De wereld als markt en strijdperk' of iets in die geest, google zelf maar even. Echt lekker leesvoer, niet zo somber als dat boek over die elitaire deeltjes of wat was het.)

Ik zakte eens lekker onderuit (zei ik al), blies genoeglijk in mijn thee en liet Heelverhaal.nl vertellen.