Column: Ik fantaseer en besta

Met een beetje fantasie, maak je al vrij snel een prachtig bestaan.

Mijn kleine achtertuintje is met een paar planten en het nodige positieve denken al snel een pracht van een kasteeltuin, mijn columns worden wereldwijd gelezen en mijn vriendin is de mooiste op aarde.

De realiteit? De achtertuin is van mijn ouders, ik heb 15-jarige lezers en heb geen vriendin. Maar zie je mij klagen als mijn rechterhand de plaatsvervanger speelt?


Een ongebreidelde fantasie kent geen andere grenzen dan die van de menselijke geest. Door je geen limitaties op te leggen kan je alles creëren wat je wil. Het is net lego. Je hebt duizenden stukjes en je kunt ze op alle manieren aan elkaar verbinden om telkens weer een nieuw resultaat te krijgen. Soms komt er een vriendje langs en die geeft je zelfs nieuwe stukjes. U begrijpt het, de mogelijkheden zijn ongekend.

Vroeger, dat mooie woord dat een ieder gebruikt in een zweem van melancholie, konden we fantaseren als de beste. Als kind had je aan drie autootjes genoeg om een volledig formule 1 seizoen te rijden. Vroeger waande je je met een stok in je hand en een schild in de ander de held van slagveld. Op oudere leeftijd werd je ineens verteld minder te dagdromen, want daarmee kwam je nergens in de wereld. Rekensommen die weinig tot de verbeelding spraken anders dan dat er twee appels en drie peren moesten worden opgeteld, werden de realiteit. Nog geen 10 jaar later keek je journaal en wenste je dat je nooit aan die verrekte realiteit had meegedaan.

Mensen fantaseren te weinig, mensen nemen zichzelf te serieus. Godsdiensten die zich beroepen op het ware woord laten geen enkele ruimte over aan inleving in anderen en zijn bron van veel ellende. (Gezien het fantasie aspect in godsdienst wil ik hier even tussen neus en regels door vermelden dat het reeël maken van één enkele fantasie schadelijk kan zijn voor een ander zijn gezondheid) Gossipbladeren staan vol met hapklare brokken fantasieën en vinden gretig aftrek bij mensen die bij gebrek aan een eigen leven niets anders meer kunnen dan roddelen over andermans gedrag.

Fantasie is ons grootste goed, het is wat ons tot mens maakt. Niet het denken, maar het vermogen tot dromen. We verleren het echter stukje bij beetje als we ouder worden. De realiteit rukt op, het lichaam wil niet meer mee, geld is schaars, vrienden sterven, geliefden worden ziek. Het roept ons terug naar een realiteit die goed bezien nog erger is dan je slechte fantasie.

Ik fantaseer elke dag, over het ontstaan van de wereld, over hele goede seks, over het uitmoorden van een heel gezin en over het zorgen voor een heel ziek kindje. Elke keer dat ik fiets win ik de tour, elke keer dat ik zwem ben ik Pieter van den Hoogeband, elke keer dat ik schrijf verkoop ik miljoenen boeken en elke keer dat ik me aftrek vangt mevrouw Kidman het keurig in haar mondje op. Eerst dacht ik nog wel eens, hallo, dat is toch niet reëel, leef eens in de realiteit. Je bent niet rijk, je bent geen topsporter en je bent net niet helemaal de casanova die je zou willen zijn. Straks dan gebeurd er iets en dan komt de klap naar de realiteit des te harder aan. Blijf maar in de realiteit, dat is wel zo veilig. Maar de klap blijft uit, het leven is aardig voor me, en ik ben het voor haar. En ik ben niet zeker of de klap er nu al is geweest, of dat ik door mijn fantasie de klappen niet meer krijg. Ik stel mij namelijk ook altijd voor dat alles wat naar je toegegooid wordt, een test is. En testen zijn er om te overwinnen. En lukt dat niet, dan ga ik het in mijn volgende leven nog wel een keer proberen.

Fantasie is overigens niet geheel weg van deze aarde. Het is echter een beetje vercommercialiseerd. De marketing weet dat mensen dezelfde angst kennen als ik wanneer ze fantaseren. Wat als de realiteit anders is? Daardoor gaan mensen proberen hun fantasie werkelijk te maken. Want als het reeël is, dan is het legitiem. En dus schieten de droomreizen, 06 lijnen en Obibiocaféetjes uit de grond. Reeëler kan uw fantasie niet worden! lijken ze te schreeuwen. De waarheid is vaak frustrerender dan je denkt.

De truc van het fantaseren is namelijk dat je een fantasie in het geheel niet reeël hoeft te laten worden. Als de gedachte je een glimlach oplevert, heeft de fantasie zijn werk al gedaan, op naar de volgende dus. Mocht de kans zich er toedoen om de fantasie te vergelijken met de werkelijkheid, laat het vooral niet! Maar ga alsjeblieft niet als een wanhopige je fantasie werkelijkheid proberen te maken. Hierdoor kom je namelijk in de realiteit, en die haalt het (in the world according to Bas) meestal niet bij de fantasie.

Eén ding weet ik echter zeker, morgen belt de Bezige Bij mij op, en geeft mij een contract voor het leven.